PA 2 H2 - ww e>ie en o>ue

-Jassen uit -Mobiel in de tas -Spullen op tafel -Tas op de grond
timer
3:00
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

-Jassen uit -Mobiel in de tas -Spullen op tafel -Tas op de grond
timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

Hola! hoy vamos a ver...
• werkwoorden met een klinkerwisseling e>ie herhalen
• werkwoorden met een klinkerwisseling o>ue

lesdoelen:
• Ik kan zeggen wat ik liever wil 
• Ik kan vertellen wat ik vaker speel

Slide 2 - Diapositive

Werkwoorden e>ie  p.21

Slide 3 - Diapositive

Querer (willen) : e> ie
Yo quiero 
Tu quieres
El/ ella quiere
*Nosotros queremos
*Vosotros queréis
ellos/ ellas quieren 

Slide 4 - Diapositive

Kies de juiste vorm van het werkwoord querer (willen):
yo ___________ beber agua con gas
A
quieres
B
quiero

Slide 5 - Quiz

Kies de juiste vorm van het werkwoord querer (willen):
Carlos _________ comer arroz con carne
A
quiero
B
quiere

Slide 6 - Quiz

Kies de juiste vorm van het werkwoord querer (willen):
Mi hermana y yo ____________ un helado
A
queremos
B
quieremos
C
quereis

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Que quieres comer? (wat wil je eten?) Geef je bestelling in 1 zinnen.
- Gebruik het werkwoord querer (willen)
- Gebruik je woordenschatlijst H2 op p.79
timer
2:00

Slide 9 - Question ouverte

Cual prefieres? 
Welke wil je liever? 

Slide 10 - Diapositive

Werkwoorden o>ue  p.31

Slide 11 - Diapositive

Geef het rijtje van het werkwoord JUGAR

Slide 12 - Question ouverte

Geef het rijtje van het werkwoord DORMIR

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de juiste werkwoordsvorm?

Yo (volver) __________ a casa a las dos de la tarde
A
volvo
B
vuelo
C
vuelvo
D
vuelve

Slide 14 - Quiz

Mis primos (jugar) __________ al futbol
A
juegan
B
juega
C
jugan
D
jugamos

Slide 15 - Quiz

Mi abuela (dormir) __________ muchas horas
A
duermo
B
duerme
C
dorme
D
duermen

Slide 16 - Quiz

Vertel eens wat je vaak speelt. (mag ook verzinnen)
- gebruik minimaal 4 woorden
- zoek woorden op in woordenschatlijst H3 of Gtranslate

Slide 17 - Question ouverte

Woordenschat oefenen
- Gebruik het woordenschatlijst PTO3 
- 6 minuten de 1e 10 woorden leren (zelfstandige naamwoord) 
- dictee (Spaans- Nederlands) 
- Wie is de winnaar? 

timer
6:00

Slide 18 - Diapositive