§ 5.3 De kerk in de late middeleeuwen

§ 5.3 De kerk in de late middeleeuwen

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen wat het christelijke geloof in de late middeleeuwen inhield.

• Je kunt beschrijven hoe de kerk in de late middeleeuwen was georganiseerd.

• Je kunt uitleggen hoe de kerk in de late middeleeuwen omging met mensen met andere geloofsopvattingen.

Wat weet je al over het Christelijke Geloof in de Late Middeleeuwen

Individueel nadenken (2 minuten):

Wat weten over het christelijke geloof en de kerk in de late middeleeuwen. Schrijf dit op in een paar zinnen

Klassikale bespreking (3 minuten):

Vraag een paar leerlingen om hun antwoorden te delen met de klas.

Geloven in de middeleeuwen

In de late middeleeuwen hoorden de meeste inwoners van Europa bij de christelijke kerk die werd geleid door de paus in Rome. 

We noemen dit de katholieke kerk. Het geloof richtte zich sterk op het leven na de dood. 

Middeleeuwers dachten dat mensen van nature slecht waren en dat je zonden moest goedmaken door goede daden te verrichten.

De organisatie van de kerk

De katholieke kerk was goed georganiseerd. Elke plaats had een of meer kerken met een eigen priester. 

De kerken in een bepaald gebied vormden samen een bisdom, dat werd bestuurd door een bisschop. 

De belangrijkste kerk in een bisdom was de kathedraal. Behalve kerken waren er ook veel kloosters.

Mensen met een ander geloof

De katholieke kerk en de kloosters werden steeds rijker en machtiger. Vanaf de 11e eeuw ontstond verzet. 

Sommige groepen stichtten nieuwe kloosterorden, anderen wezen de officiële kerk af en werden vervolgd als ketters. 

De kerk stelde zich onverzoenlijk (niet bereid om een conflict op te lossen) op tegenover joden en moslims, wat leidde tot kruistochten.

Begrippen en Omschrijvingen

Katholieke kerk: De christelijke kerk die werd geleid door de paus in Rome.

Zonde: Een overtreding van een regel van de kerk, bijvoorbeeld van het christelijke gebod dat je niet mag doden.

Heilige: Een overledene die in het verleden veel voor het geloof heeft gedaan of voor het geloof is gestorven. Een heilige staat dicht bij God en kan wonderen verrichten.

Begrippen en Omschrijvingen

Bedevaart: Een reis naar een heilige plek om te gaan bidden.

Bisdom: Gebied dat door een bisschop wordt bestuurd.

Bisschop: Bestuurder van een bisdom; een van de hoogste mensen in de rooms-katholieke kerk.

Begrippen en Omschrijvingen

Kathedraal: Een bisschopskerk.

Ketterij: Afwijken van de officiële leer van de katholieke kerk.

Kruistocht: Een poging van christelijke legers uit West-Europa om moslims in het Midden-Oosten te bestrijden.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Wat is de katholieke kerk?

1. De christelijke kerk die werd geleid door de paus in Rome
2. Een kerk die werd geleid door de bisschop van Utrecht
3. Een kerk die werd geleid door de koning van Frankrijk
4. Een kerk die werd geleid door de keizer van Duitsland

Wat is een zonde?

1. Een goede daad
2. Een overtreding van een regel van de kerk
3. Een gebed tot God
4. Een reis naar een heilige plek

Wat is een heilige?

1. Een levende persoon die veel voor het geloof heeft gedaan
2. Een overledene die in het verleden veel voor het geloof heeft gedaan
3. Een priester die in een kerk werkt
4. Een bisschop die een bisdom bestuurt

Wat is een bisdom?

1. Een kerk die door een priester wordt bestuurd
2. Een gebied dat door een bisschop wordt bestuurd
3. Een klooster waar monniken wonen
4. Een stad waar veel kerken staan

Wat is een kruistocht?

1. Een reis naar een heilige plek om te bidden
2. Een gebed tot God om bescherming te vragen
3. Een poging van christelijke legers om moslims in het Midden-Oosten te bestrijden
4. Een feestdag waarop christenen samenkomen

Huiswerk :-)

Leren: 5.3

Maken: 5.3 vraag 1 t/m 13