10.3 Gaswisseling + Herhaling 10.2

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

10.3 Gaswisseling + herhaling 10.2

Doel van de les: 

• het verschil tussen borst- en buikademhaling uitleggen (herhaling).
• de gaswisseling in de longblaasjes beschrijven.
• uitleggen dat de bouw van de longen en de longblaasjes ervoor zorgt dat er een snelle gaswisseling kan plaatsvinden.
• de gaswisseling tussen bloed en lichaamscellen beschrijven.
• benoemen hoe de ingeademde en uitgeademde lucht is samengesteld.

middenrif

longblaasje

bronchiën

longhaarvat

luchtpijp

neusholte

long

luchtpijptakje

Hoe komt de lucht in je longen?

Gaswisseling

Definitie: opname en afgifte van O2 en CO2 in de longblaasjes / alveoli

• Uitgeademde lucht heeft andere samenstelling dan ingeademde lucht 
• Haarvaten -> kleine bloedvaten met een dunne wand (1 cellaag dik)

Ingeademde lucht en uitgeademde lucht

Buik- en borstademhaling

Probeer het een zelf

Kun je verschil merken?

Wat zijn de stappen bij borstademhaling?

Wat zijn de stappen bij buikademhaling?

Borstademhaling

• Tussenribspieren spannen   

   aan 

• Ribben en borstbeen 

    bewegen omhoog, 

• Borstholte wordt groter. 
  
• lucht stroomt naar binnen
•  Tussenribspieren ontspannen,
• Ribben en borstbeen bewegen 

    omlaag

•  Borstholte wordt kleiner.
• lucht naar buiten geperst 

Buikademhaling

• Middenrif trekt samen 
• Middenrif  beweegt omlaag. 
•  Borstholte wordt groter.  

• lucht stroomt naar binnen
• Middenrif ontspant en 

   beweegt omhoog,

• Borstholte wordt kleiner.
• lucht naar buiten geperst 

Bij gewone ademhaling vinden borstademhaling en buikademhaling tegelijkertijd plaats.

Borstademhaling                  Buikademhaling

Verbranding in cellen

afgifte CO2, opname O2

Bloed naar cellen

CO2 opname bloed

Gaswisseling longen

Bloed naar longen

Door het samentrekken van je middenrif worden de longen .....1........ , zodat je....2..... . Deze beweging hoort bij .....3.......

1. 1=groter 2= inademt 3= buikademhaling
2. 1=groter 2= inademt 3= borstademhaling
3. 1=kleiner 2= uitademt 3= buikademhaling
4. 1=kleiner 2= inademt 3= borstademhaling

Bij pijl 3, de meest rechter, is er ...1....... zuurstof en .....2....... koolstofdioxide

1. 1= weinig 2= weinig
2. 1= weinig 2= veel
3. 1= veel 2= weinig
4. 1= veel 2= veel

slikken

ademhalen

verslikken

Waar of niet waar. De uitgeademde lucht bevat meer waterdamp, meer koolstofdioxide en minder zuurstof dan de ingeademde lucht.

1. Waar
2. niet waar

Doel van de les: 

• het verschil tussen borst- en buikademhaling uitleggen (herhaling).
• de gaswisseling in de longblaasjes beschrijven.
• uitleggen dat de bouw van de longen en de longblaasjes ervoor zorgt dat er een snelle gaswisseling kan plaatsvinden.
• de gaswisseling tussen bloed en lichaamscellen beschrijven.
• benoemen hoe de ingeademde en uitgeademde lucht is samengesteld.

En nu?

Aan de slag met 10.3

www.bioplek.org