Toetsvoorbereiding

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Welkom

Pak je spullen voor je en zet je vragen op het bord.

Je laptop blijft in de tas.

Doelen

Aan het einde van deze les heb jij...

... duidelijk wat je bij het proefwerk kunt verwachten.

... geoefend met hoofdstuk 4 en/of hoofdstuk 12.

... je vragen gesteld.

Hoofdstuk 4 Werken met aantallen

Machten

Wetenschappelijke notatie

Procenten en factor

Hetzelfde percentage erbij en eraf

Hoofdstuk 12 Grafen

Kaart en graaf

Tabel en graaf

Gerichte graaf

Keuze maken

Aannames maken

Zelfstandig werken

Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.

Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.

                 2. Overleg binnen je rij op fluistertoon of probeer een andere opgave.

                 3. Vraag de docent.

Klaar? – Nakijken daarna maken blz. 224-225.

Maken? – Keuze: Extra oefening (boek of digitaal)

                                    Oefenproefwerk

                                    Overzicht maken van wat je wel en niet begrijpt

Log in op deze LessonUp.

Bereken.

2​4​​

De exponent is ...

2​4​​

1. 1
2. 2
3. 4

Het grondtal is ...

2​4​​

1. 1
2. 2
3. 4

Schrijf als een gewoon getal.

7 x

10​4​​

Schrijf als een gewoon getal.

3,5 x

10​5​​

Schrijf 5 000 in de wetenschappelijke notatie. Gebruik voor tot de macht dit teken ^.

Schrijf 314 000 in de wetenschappelijke notatie. Gebruik voor tot de macht dit teken ^.

Welke factor hoort bij 60%?

1. 0,06
2. 0,6
3. 6
4. 60

Welke factor hoort bij 2,1%?

1. 0,021
2. 0,21
3. 2,1
4. 21

Je krijgt 20% korting. Welke factor hoort hierbij?

De prijs wordt 6% duurder. Welke factor hoort hierbij?

Een laptop kost nieuwe €800,-.
Elk jaar wordt de laptop 15% minder waard.
Bereken de waarde van de laptop na vier jaar.

Stelling: Een graaf is geen schaaltekening.

1. Waar
2. Niet waar

Uit hoeveel knooppunten bestaat deze graaf?

1. 3
2. 5
3. 7
4. 9

Uit hoeveel wegen bestaat deze graaf?

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Wat kun je aflezen uit een afstandstabel?

Hoe kun je een gerichte graaf herkennen?

Geef een voorbeeld van een handige maat waar je mee kunt rekenen.

Handige maat: hoeveel km/uur fietst je gemiddeld?

1. 18 km/uur
2. 23 km/uur
3. 35 km/uur
4. 100 km/uur

Zelfstandig werken

Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.

Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.

                 2. Overleg binnen je rij op fluistertoon of probeer een andere opgave.

                 3. Vraag de docent.

Klaar? – Nakijken daarna maken blz. 224-225.

Maken? – Keuze: Extra oefening (boek of digitaal)

                                    Oefenproefwerk

                                    Overzicht maken van wat je wel en niet begrijpt