Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Handel en Inkomen
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je de verschillende handelsstromen benoemen, de export- en importquote berekenen en het inkomen per hoofd van de bevolking berekenen en interpreteren.
Slide 2 - Diapositive
Vertel de leerlingen wat ze zullen leren en waarom het relevant is.
Wat weet je al over export en import, wederuitvoer, import en exportquote en inkomen per hoofd van de bevolking?
Slide 3 - Carte mentale
Cet élément n'a pas d'instructions
Handelsstromen
Export, import en wederuitvoer zijn belangrijke handelsstromen. Export is de uitvoer van goederen en diensten naar het buitenland, import is de invoer van goederen en diensten uit het buitenland en wederuitvoer is de uitvoer van eerder geïmporteerde goederen zonder dat deze eerst in het binnenland zijn verwerkt.
Slide 4 - Diapositive
Leg uit wat handelsstromen zijn en vraag de leerlingen om voorbeelden te geven.
Exportquote
De exportquote is de verhouding tussen de exportwaarde en de totale productiewaarde van een land. Het geeft aan hoe afhankelijk een land is van de export.
Slide 5 - Diapositive
Leg uit hoe de exportquote wordt berekend en vraag de leerlingen om voorbeelden te geven van landen met hoge en lage exportquotes.
Importquote
De importquote is de verhouding tussen de importwaarde en de totale productiewaarde van een land. Het geeft aan hoe afhankelijk een land is van de import.
Slide 6 - Diapositive
Leg uit hoe de importquote wordt berekend en vraag de leerlingen om voorbeelden te geven van landen met hoge en lage importquotes.
Wat is de exportquote van Nederland? als Nationaal inkomen 420 miljard is, de uitvoerwaard 393 miljard en invoerwaarde 323 miljard euro is.
A
93.5%
B
50%
C
6.7%
D
120%
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is de importquote van Nederland? als Nationaal inkomen 420 miljard is, de uitvoerwaard 393 miljard en invoerwaarde 323 miljard euro is.
A
50%
B
76.9%
C
120%
D
22.2%
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Opdracht: Vergelijk de export- en importquote
Vergelijk de importquote van Duitsland/ VS en Duitsland/Polen met die van een ander land. Zie uitgedeeld blad . Waarom ontstaan die verschillen?
Slide 9 - Diapositive
Deel uit blad goederenexport van Duitsland naar Nederland. Ggegvens van CBS. Geef de leerlingen tijd om de opdracht te maken en bespreek de antwoorden klassikaal.
Inkomen per hoofd van de bevolking
Het inkomen per hoofd van de bevolking is het totale inkomen van een land gedeeld door het aantal inwoners.
Slide 10 - Diapositive
Leg uit hoe het inkomen per hoofd van de bevolking wordt berekend en vraag de leerlingen om voorbeelden te geven van landen met hoge en lage inkomens per hoofd van de bevolking.
Opdracht: Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking
Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking met behulp van de gegevens van vraag 15 blz 247
Slide 11 - Diapositive
Geef de leerlingen tijd om de opdracht te maken en bespreek de antwoorden klassikaal.
huiswerk
maak opg 7 t/m 11 blz 246/247 in je schrift
Slide 12 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
huiswerk
maak opg 11 t/m 17 blz 247 in je schrift
Slide 13 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 14 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 15 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 16 - Question ouverte
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.