Verslagen schrijven

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Verslag schrijven

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat weet je van een verslag schrijven?

Slide 6 - Question ouverte

Open allemaal een nieuw/ leeg Word bestand
We gaan gezamenlijk een leeg verslag opbouwen

Slide 7 - Diapositive

De start 
Begin met een voorblad 





Wat staat er op je voorblad?

Slide 8 - Diapositive

  • Naam van het verslag/rapport
  • Naam van de student
  • Datum van inleveren/afronding van het verslag
  • Plaatje/logo bedrijf

Slide 9 - Diapositive

Voorblad

Slide 10 - Diapositive

Voorwoord
  • Hier omschrijf je kort de opdracht die is gegeven
  • Hier omschrijf je wat de inhoud van het verslag is
  • Wat je uit hebt gevoerd in het verslag
  • En hoe je aan de informatie bent gekomen voor het verslag

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Hoe maak je een inhoudsopgave?
Het kan automatisch, maar dan wel de juiste opbouw gebruiken


Slide 13 - Diapositive

Inleiding

Slide 14 - Diapositive

Inhoud verslag
Kop 1
Kop 2 
afbeeldingen 
schrijfstijl

Slide 15 - Diapositive

Conclusie/eindresultaat

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Wat staat er op het voorblad?
A
inhoudsopgave, voorwoord, inleiding
B
titel, persoonsgegevens, foto's of illustraties
C
titel, inhoudsopgave, voorwoord, illustraties
D
persoonsgegevens, inhoudsopgave, inleiding

Slide 19 - Quiz

welke persoongegevens zet je op je voorblad?
A
naam, studentennummer, vak, docent, datum
B
naam, adres, woonplaats studentennummer, datum

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Wat weet je nu van verslagen schrijven?

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Welke eisen gelden voor het resultaat?
A
betrouwbaarheid
B
volledigheid
C
objectief
D
controleerbaar

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

Wat is het nut van evalueren ?

Slide 28 - Question ouverte

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Waarom is bronvermelding belangrijk?

Slide 31 - Question ouverte