1.2. Olie - industrie : vloek of zegen?

Programma
1.1 Herhalen en zelfstandig nakijken 
1.2 Olie-industrie een vloek of een zegen?
Uitleg en video
Stencil invullen en stellingname
Opdrachten
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 75 min

Éléments de cette leçon

Programma
1.1 Herhalen en zelfstandig nakijken 
1.2 Olie-industrie een vloek of een zegen?
Uitleg en video
Stencil invullen en stellingname
Opdrachten

Slide 1 - Diapositive

Welke drie natuurlandschappen komen we tegen van zuid naar noord?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Van nat naar droog

Slide 5 - Diapositive

Hoe noem je deze bomen?

Slide 6 - Diapositive

Programma:

1. Tegenstellingen in Nigeria
2. Olie-industrie: vloek of zegen?
3. Bronnen: Sterkten en zwakten van Nigeria
4. Kansen en bedreigingen voor Nigeria



Nigeria: rijk en toch arm

Slide 7 - Diapositive

Leerdoelen vandaag

  1. Kan jij aangeven wat het belang van de olie-industrie in Nigeria is voor het bnp, de export en de overheidsinkomsten
  2. Kan jij aangeven wat de nadelen zijn van de olie-industrie voor Nigeria
  3. Kan jij aangeven waardoor er in Nigeria veel armoede is ondanks de olie

Slide 8 - Diapositive

1.2 Olie-industrie: vloek of zegen?
  • 1956: ontdekking van olie in delta van de Niger. 

  • Olie-industrie is erg belangrijk voor Nigeria. 
  • Reden 1: 14% BNP
  • Reden 2: 70% inkomsten van de overheid. Belangrijk voor uitvoeren taken, zoals investeren in onderwijs en infrastructuur.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Lien

Slide 12 - Diapositive

Olie-industrie: vloek of zegen?
  • Hoogte olie-inkomsten in Nigeria bepaald door: winning, export en olieprijs

  • Hoog: door veel te winnen en te exporten. 

  • Laag: door binnenlandse conflicten of door een kleine buitenlandse vraag naar olie


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Invloed olieprijs


  • Hoge olieprijs:      
  • -> stijgende vraag naar olie in de wereld                                                                  
  • als er weinig olie op de wereldmarkt komt


  • Lage olieprijs:
  • -> dalende vraag naar olie (bijvoorbeeld tijdens een economische crisis)
  • -> als er veel olie op de wereldmarkt komt





Slide 15 - Diapositive

Waarom heeft het zuiden van Nigeria een hoger BNP dan de rest van Nigeria?

Slide 16 - Question ouverte

Olie: bron van inkomsten
  • waar? —> zuiden 80% van alle inkomsten
  • Ongelijkheid inkomens is echter groot
  • 10% verdient 50% van alle inkomsten!
  • BNP = €2100
  • BNP VS = €47000

Slide 17 - Diapositive

Olieprijs en inkomsten
  • Als de olieprijs stijgt worden de inkomsten van de    overheid hoger
  • De overheid is afhankelijk van de olieprijs
  • positief: het BNP van Nigeria groeit langzaam, het bedrijfsleven groeit ook.

Slide 18 - Diapositive

Waarom profiteert niet iedereen?
  • slecht bestuur van het land
  •  oliebedrijven zijn buitenlands
  • corruptie
  • meeste mensen werken in landbouwsector = lage lonen
  • in olie-ind. en diensten werken weinig mensen
  • werkloosheid hoog —> vluchtsector groot

Slide 19 - Diapositive

Opdracht
1.1 Nakijken via studiewijzer
Vul het stencil in. Zet de voor- en nadelen in het schema en geef antwoord op de vraag is de olie-industrie in Nigeria een vloek of zegen en waarom? Klaar? en laten zien dan...
Opdrachten 1, 3, 4, 5, 6, 9 en 10. (2 en 12 mag je maken)
timer
12:00

Slide 20 - Diapositive

Zijn alle mensen in het zuiden van Nigeria rijk door het hoge BNP? Leg uit!

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive