AT2 - T6: BS1 Organimen en hun omgeving 2

Upload je voedselweb
1 / 41
suivant
Slide 1: Question ouverte
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Upload je voedselweb

Slide 1 - Question ouverte

Kies de juiste pijlen om een voedselweb te maken

Slide 2 - Question de remorquage

Vul in het schema van het voedselweb de volgende organismen op de juiste plaats in (zie afbeelding). 
muggenlarve
snoek
kikkervisje
waterkever
baars
algen

Slide 3 - Question de remorquage

thema 6: Ecologie

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Noem een abiotische factor in deze afbeelding.

Slide 16 - Carte mentale

Noem een biotische factor in deze afbeelding.

Slide 17 - Carte mentale

Voedselketen

Slide 18 - Diapositive

Voedselketen

Slide 19 - Diapositive

Voedselketen

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

voedselpiramide

Slide 23 - Diapositive

accumulatie
 Planten nemen ook giftige stoffen op uit hun omgeving, denk aan zware metalen of bestrijdingsmiddelen.

 In een voedselketen verdwijnen deze stoffen niet.

 Opeenhoping hiervan noem je accumulatie

Slide 24 - Diapositive

Zijn er vragen?
Zijn er vragen?

Slide 25 - Diapositive

Waar begint een voedselweb of keten mee?
A
vleeseters
B
planteneters
C
planten

Slide 26 - Quiz


Een juiste voedselketen is:
A
konijn-> havik-> vos
B
gras <- konijn <- vos
C
gras -> konijn -> havik -> vos
D
vos -> havik -> konijn ->gras

Slide 27 - Quiz

Van welke orde zijn vleeseters?
A
consumenten 1ste orde
B
consumenten 2e orde

Slide 28 - Quiz

Zie afbeelding; Autotroof of heterotroof?
A
autotroof
B
heterotroof

Slide 29 - Quiz

Bamboe is (1) en een panda is (2)
A
(1) autotroof (2) autotroof
B
(1) autotroof (2) heterotroof
C
(1) heterotroof (2) autotroof
D
(1) heterotroof (2) heterotroof

Slide 30 - Quiz

Piramide van aantallen
Piramide van biomassa

Slide 31 - Question de remorquage

Wat is een ander woord voor milieu?
A
organismen
B
vervuiling
C
leefomgeving

Slide 32 - Quiz

Een 1e consument:
A
Wordt gegeten
B
Eet de plant en wordt dan gegeten
C
Staat aan de top van een voedselpiramide

Slide 33 - Quiz

In welk gedeelte van een voedselpiramide is de biomassa het grootst?
A
Producenten
B
Consumenten 1e orde
C
Consumenten 2e orde
D
Consumenten 3e orde

Slide 34 - Quiz

Wat staat er altijd onderaan de voedselpiramide? En wat bovenaan?
A
Onder: toppredator Boven: consument
B
Onder: producent Boven: toppredator
C
Onder: consument Boven: producent
D
Onder: toppredator Boven: producent

Slide 35 - Quiz

Wat bestuderen we in de ecologie?
A
In de ecologie bestuderen we alle relaties (betrekkingen) tussen organismen en hun milieu
B
In de ecologie bestuderen we een milieu
C
In de ecologie bestuderen we de invloeden die afkomstig zijn van de levende natuur
D
In de ecologie bestuderen we de wisselwerkingen binnen een populatie

Slide 36 - Quiz

Hoe lang is de langste voedselketen in dit voedselweb?
A
7 schakels lang
B
6 schakels lang
C
5 schakels lang
D
8 schakels lang

Slide 37 - Quiz

hw:
Maak van BS1:  1 t/m 4 + 6 t/m 11
ecologie en duurzaamheid

timer
5:00

Slide 38 - Diapositive

hw:
Maak van BS1:  6 t/m 11
ecologie en duurzaamheid

Slide 39 - Diapositive

Biotisch of abiotisch?
Bodem
A
biotisch
B
abiotisch

Slide 40 - Quiz

Biotisch of abiotisch?
Wind
A
biotisch
B
abiotisch

Slide 41 - Quiz