2.1 Organen van mensen

Organen en cellen
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Organen en cellen

Slide 1 - Diapositive

Inhoud van de les
Nieuw hoofdstuk:
- Organen en cellen
Je kunt organen benoemen in een torso.
Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen.

Slide 2 - Diapositive

Waaruit bestaan organen?

- organisme
- organenstelsel
- orgaan
- cel

Slide 3 - Diapositive

Organen
ons lichaam is opgebouwd uit organen.

een orgaan voert bepaalde taken uit. 

als organen "samenwerken" met hun taken dan horen deze bij een orgaanstelsel

Slide 4 - Diapositive

Orgaanstelsel
 Een orgaanstelsel is een groep organen die samen een taak uitvoeren, bijvoorbeeld je bloedvatenstelsel. De organen van het bloedvatenstelsel zijn je hart en alle bloedvaten

Slide 5 - Diapositive

Orgaanstelsels
Je leert nu eerst 3 orgaanstelsels:
  • Bloedvatenstelsel
  • Verteringsstelsel
  • Ademhalingsstelsel

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Heeft een kip organen? En heeft een worm organen?
A
Alleen een kip heeft organen
B
Alleen een worm heeft organen
C
Een kip en een worm hebben allebei organen
D
Geen van beide hebben organen

Slide 8 - Quiz

Een organenstelsel is een groep organen die samen een bepaalde functie hebben
A
Goed
B
Fout

Slide 9 - Quiz

In een organisme komen onder andere cellen, organellen, organen, organenstelsels en weefsels voor. Wat is de juiste volgorde van deze delen, van groot naar klein?
A
Orgaan – organenstelsel – organel – cel – weefsel.
B
Organel – organenstelsel – weefsel – orgaan – cel.
C
Organenstelsel – orgaan – weefsel – cel – organel.
D
Weefsel – organenstelsel – orgaan – organel – cel.

Slide 10 - Quiz