Oorsprong: traditionele, ambachtelijke kringen.
Waarom?
- hadden meer 'geleerdheid'
- werden het hardst bedreigd door mechanisatie
- traditie van solidariteit (gilden en ambachten)
1e helft 19e eeuw: ontstaan van weerstands (bijstandskassen) van ambachtelijke werknemers uit zelfde beroepsgroep:
- Lid- en steungeld diende voor bescherming in geval van ouderdom en ziekte (soort mutualiteit)
Maar: coalitieverbod! Toch oogluikend toegestaan wegens armoede
Vanaf jaren 1850: ook arbeiders uit industrie verenigen zich
- ontstaan van eerste stakingskassen en zo ontstaan eerste arbeidersvakbonden
- Gent: Werkverbond (1857) van wevers en spinners (later progressieve weversbeweging: Vooruit)
- Aanvankelijk meeste organisaties zeer neutraal maar door Eerste Internationale arbeidersorganisatie: marxistische en socialistische invloed