herhaling h1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

W

E

L

K

O

M

vandaag

Start: Herhaling van leerstof die jullie hebben gehad tijdens dit schooljaar

- BNW als deelwoord theorie+opdracht 3 en 4

behandelde onderwerpen

- spelling (werkwoordspelling, bijvoeglijke naamwoorden)

- grammatica (zinsontleding en woordsoorten)

- lezen (onderwerp, schrijfdoelen, alinea's etc.)

- over taal (quizlet)

Spelling

Wat is de juiste vorm van het werkwoord?
Hij (landen) op Schiphol.

1. land
2. landt

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord?
Hij heeft haar (beschermen)

1. Beschermd
2. Beschermt

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord?
Zij hebben (betalen).

1. betaalt
2. betaald

Hoe oud ben jij?

Wat is de pv?

1. Hoe
2. jij
3. oud
4. ben

De slimme leerling snapt de vraag.

Welk woord is de pv?

1. slimme
2. snapt
3. vraag
4. De

Bijvoeglijk naamwoord

Metalen

1. Lidwoord
2. Zelfstandig naamwoord
3. Bijvoeglijk naamwoord
4. Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Die aap zit in een (goud) kooitje.

1. goude
2. gouden

Ik heb (aluminium) bestek meegenomen.

1. aluminium
2. aluminiummen

de (vergroten) foto

1. vergrote
2. vergrootte

het (landen) vliegtuig

1. gelandde
2. gelande

Grammatica

Voor straf werden van de drieëndertig mannen hun baarden afgeschoren.

wat is de pv?

1. afgeschoren
2. mannen
3. straf
4. werden

Wat is een persoonsvorm altijd?

1. Lidwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. bijvoeglijk naamwoord
4. werkwoord

Wat zijn werkwoorden?

1. de, het , een
2. slimme, mooie, rode
3. fiets, boek, volleybal
4. lopen, werken, denken

De slimme leerling snapt het niet.
Welk woord is het zelfstandig naamwoord?

1. slimme
2. leerling
3. snapt
4. de

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?

1. de, het , een
2. slimme, mooie, rode
3. fiets, boek, volleybal
4. lopen, werken, denken

wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?

1. de, het , een
2. slimme, mooie, rode
3. fiets, boek, volleybal
4. lopen, werken, denken

De slimme leerling snapt het niet.
Welk woord is het bijvoeglijk naamwoord?

1. de
2. leerling
3. snapt
4. slimme

woordenschat

De [diagnose] van het medisch onderzoek is nog niet bekend

1. de voorgang
2. de vaststelling van de ziekteverschijnselen etc.
3. de precieze datum

Hoe laat kunnen we [de expert] verwachten?

1. directeur buitendienst
2. aannemer
3. deskundige

leesvaardigheid

Uit welke die delen is een tekst vaak opgebouwd?

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?

Zoek signaalwoord en tekstverband:

Ik zat eerst in een stoel en daarna ging ik op de bank liggen.

1. eerst/daarna chronologisch verband
2. er staat geen signaalwoord in de zin
3. eerst opsommend verband
4. daarna toelichtend verband

Zoek tekstverband:

Hij houdt niet alleen van pannenkoeken maar ook van pizza's.lopen.

1. opsomming
2. tegenstelling
3. chronologie
4. toelichting

Een titel boven een alinea of boven meerdere alinea's noem je....

1. alinea
2. tussenkopje
3. tekstgedeelte
4. signaalwoord

Welke tekstdoelen ken je?