01-10 Hst1.5 Wetenschappelijkenotatie

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

'Start'

Tijdens het opstarten ga je:

Telefoon opruimen

Laptop dicht aan de stroom

Melden

 spullen vergeten of huiswerk niet gemaakt

Schrift/rekenmachine/potlood/pen op tafel

Klaar zitten voor de start van de les 

Hoofdstuk1: Getallen

Vandaag

• Aanwezigheid
• Terugblik:  Vragen? Huiswerk  machten
• Planning hoofstuk1 
• Lesdoel: Ik kan rekenen met formules met machten
• Uitleg: 5 Wetenschappelijke notatie
• Huiswerk:  5.1  5.2  
• Afsluiting

Planning hoofdstuk 1 Getallen

1.1 Eenheden	1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.10		week 36 les 1 les2
1.2 Verhoudingen 1.3 Wortels	2.1 2.2 3.1 3.2 3.3 GL 3.4		week 37 les1 les2
1.4 Machten	4.1 4.2 4.3		week 38 les2
1.4 Machten 1.5 Wetenschappelijke notatie	4.4 4.5 5.1 5.2		week39 les1 les2
Samenvatting Diagnostische toets	diagnostische toets		week40
Toets hoofdstuk1 7/14 oktober	Leren alle theorie		week41

Terugblik

www.geogebra.org

Teken de grafiek van de formule:  y=x²

1. Maak een tabel
2. Vul alle punten in in een assenstelsel
3. Verbind de punten met een vloeiende kromme lijn.

Kwadratische formule

• Parabool
• y = x²
• Symmetrisch
• Tabel 
• Grafiek

Grote en kleine getallen en de wetenschappelijke notatie

Grote getallen

Duizend     1 000

Miljoen       1 000 000    

Miljard        1 000 000 000

Biljoen        1 000 000 000 000

Biljard         1 000 000 000 000 000 

10​3​​

10​6​​

10​9​​

10​12​​

10​15​​

getallen met meer dan 3 cijfers schrijf je in groepjes van 3, je begint met de groepjes vanaf de achterkant

!

Kleine getallen

Duizendste    0,001

Miljoenste      0,000 001

Miljardste       0,000 000 001

10​−3​​

10​−6​​

10​−9​​

bij getallen met meer dan 3 cijfers achter de komma, schrijf je de getallen achter de komma in groepjes van 3. je begint met de groepjes vanaf de komma

!

Grote getallen in de wetenschappelijke notatie

1 duizend = 1000 =

1760 = 1,76 x 1000 =

 13 245 864 = 1,32 x 10 000 000 =

 

1,0⋅10​3​​

1,76⋅10​3​​

1,32⋅10​7​​

dus altijd 1 getal voor de komma en meestal 2 achter de komma

!

Kleine getallen in de wetenschappelijke notatie

1 duizendste =               = 0,001 = 

0 , 000 007 65 = 

​1000​​1​​

10​−3​​

7,65⋅10​−6​​

dus altijd 1 getal voor de komma en meestal 2 achter de komma

en altijd een negatief getal in de macht

!

Voorbeelden

55​6​​=

12​12​​=

1,45​14​​=

55​6​​=2,77⋅10​10​​

12​12​​=8,92⋅10​12​​

1,45​14​​=1,82⋅10​2​​=182

Nu met negatieve machten

55​−6​​=

12​−12​​=

1,45​−14​​=

55​−6​​=3,61⋅10​−11​​

12​−12​​=1,12⋅10​−13​​

1,45​−14​​=5,51⋅10​−3​​=0,00551

Ik heb dit begrepen

😒🙁😐🙂😃

1. Ik snap het en ga zelfstandig in stilte aan het werk: Maken Opdrachten in BETTERMARKS  Hoofdstuk1  4.4  4.5   5.1  5.2
   
2. Ik wil samen oefenen met de opdrachten

Zelfstandig werken

Wat	Hoofdstuk1 5.1 5.2 5.3 Diagnostischetoets
Hoe	Huiswerkopgaven in Bettermarks.nl
Hulp	Steek je vinger op en kom naar je docent
Tijd	10 minuten in stilte, daarna mag je vragen stellen
Uitkomst	Ga na wat er fout/goed ging, haal minstens twee muntjes
Klaar	-Kijk bij verlopen opgaven -Vraag voor extra opgaven

Afsluiting

• Lesdoel gehaald?
• Vooruitblik   Wortels
• Huiswerk  hst1  5.1  5.2  5.3 Diagnostische toets
• Exitticket invullen

Wat heb je geleerd in deze les?

Welke onderdelen vind je nog lastig?