Ordnungszahlen in het Duits

Ordnungszahlen in het Duits

Doel van de les

Aan het einde van deze les kunnen de leerlingen de regels voor Ordnungszahlen in het Duits toepassen.

Introduceer het doel van de les en geef de leerlingen een idee van wat ze zullen leren.

Wat weet je al over Ordnungszahlen in het Duits?

Wat zijn Ordnungszahlen?

Ordnungszahlen zijn rangtelwoorden in het Duits.

Leg uit wat Ordnungszahlen zijn en waarom ze belangrijk zijn in het Duits.

Eerste tien Ordnungszahlen

1. erste (eerste) 2. zweite (tweede) 3. dritte (derde) 4. vierte (vierde) 5. fünfte (vijfde) 6. sechste (zesde) 7. siebte (zevende) 8. achte (achtste) 9. neunte (negende) 10. zehnte (tiende)

Laat de leerlingen de eerste tien Ordnungszahlen zien en hoe ze worden geschreven en uitgesproken.

Van elf tot twintig

11. elfte (elfde) 12. zwölfte (twaalfde) 13. dreizehnte (dertiende) 14. vierzehnte (veertiende) 15. fünfzehnte (vijftiende) 16. sechzehnte (zestiende) 17. siebzehnte (zeventiende) 18. achtzehnte (achttiende) 19. neunzehnte (negentiende) 20. zwanzigste (twintigste)

Laat de leerlingen zien hoe de Ordnungszahlen van elf tot twintig worden geschreven en uitgesproken.

Tientallen

30. dreißigste (dertigste) 40. vierzigste (veertigste) 50. fünfzigste (vijftigste) 60. sechzigste (zestigste) 70. siebzigste (zeventigste) 80. achtzigste (tachtigste) 90. neunzigste (negentigste) 100. hundertste (honderdste)

Laat de leerlingen zien hoe de Ordnungszahlen van tientallen worden geschreven en uitgesproken.

Uitzonderingen

21. einundzwanzigste (eenentwintigste) 22. zweiundzwanzigste (tweeëntwintigste) 23. dreiundzwanzigste (drieëntwintigste) 1000. tausendste (duizendste)

Laat de leerlingen zien dat er enkele uitzonderingen zijn bij het schrijven van Ordnungszahlen en leg uit waarom dat zo is.

Oefening

Schrijf de Ordnungszahlen van 1 tot 10 in het Duits.

Geef de leerlingen een oefening om hun begrip van de Ordnungszahlen te testen.

Toepassing

Gebruik Ordnungszahlen in zinnen om te oefenen met het toepassen van de regels.

Laat de leerlingen oefenen met het toepassen van de regels voor Ordnungszahlen in zinnen.

Samenvatting

Ordnungszahlen zijn rangtelwoorden in het Duits. Leerlingen hebben nu de regels geleerd voor het schrijven en uitspreken van Ordnungszahlen van 1 tot 1000.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en bevestig het leren van de leerlingen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.