De waterkringloop

De waterkringloop
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
WereldoriëntatieLezen+3BasisschoolGroep 5,6

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Introduction

Het grootste deel van de aarde bestaat uit (zee)water. Al dit water maakt een soort rondje op aarde. Dat heet de waterkringloop. Er is een korte en een lange waterkringloop. Hoe zien die eruit? En hoe werkt het precies? In deze les leren de leerlingen er alles over.

Éléments de cette leçon

De waterkringloop

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wereldoriëntatie
  • Na deze les weet ik hoe de korte en de lange waterkringloop eruitziet.
  • Na deze les weet ik hoe de weersverschijnselen verdampen, neerslag en wolkvorming ontstaan.
Dit ga je leren
Woordenschat
  • Na deze les begrijp ik de belangrijke woorden die met de waterkringloop  te maken hebben.
Taal
  • Na deze les kan ik in een explainer aan kinderen in groep 5/6 uitleggen hoe de korte en de lange waterkringloop eruitziet.

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Vragenmuur
Wat zou jij willen weten over 
de waterkringloop? Schrijf jouw vragen op en plak ze op de vragenmuur!

Slide 3 - Diapositive

Eigen leervragen
De leerlingen formuleren eigen leervragen over het onderwerp. De vragen worden opgeschreven op een papiertje en op de vragenmuur geplakt. Zodra een vraag is beantwoord, wordt hij verplaatst naar de weetmuur.
Verdiepende tekst
Klik op de loep en daarna op de tekst om de tekst te vergroten.

Lees de tekst en arceer 
de woorden die je nog niet goed begrijpt. 

Arceer in ieder geval: 
  • daaruit
  • de waterkringloop
  • verdampt
  • waterdamp
  • condenseren
  • mogelijkheden
  • komt ... terecht

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Woordenschat
condenseren - condenseerde - gecondenseerd
Waterdamp die verandert in regen/sneeuw/hagel. 
De waterdamp in de wolk condenseerde en de regen kwam met bakken uit de lucht.
condenseren
verdampen
verdampen - verdampte - verdampt
Van water veranderen in waterdamp. 
Het water uit de zee verdampte en steeg omhoog.

Slide 5 - Diapositive

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Woordenschat
eten
het ontbijt
de lunch
het diner
Ga met behulp van de hulpkaart op zoek naar de betekenis van de woorden die jij hebt gearceerd. 
Weet je de betekenis nog niet? Zoek dan de betekenis van het woord op, op deze website. Schrijf de betekenis voor jezelf op. Horen er woorden bij elkaar? Maak dan een woordparaplu, -kast of -trap.
groot
klein
muis
olifant
Hulpkaart
woordparaplu
woordtrap
woordkast

Slide 6 - Diapositive

Woordenschat
Bespreek de belangrijke woorden met uw leerlingen. De hulpkaart kan helpen om achter de betekenis van de woorden te komen. In hun logboek noteren de leerlingen de betekenis van de woorden die ze nog niet kenden.

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Welke waterkringloop zag je in dit filmpje?
A
De korte waterkringloop
B
De lange waterkringloop

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Sleep de woorden naar de juiste plek.
verdampen
neerslag
wolkvorming
condenseren
grondwater

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Welk woorden horen op de lege plek? Sleep de woorden naar het rode vak.
verdampen
condenseren
de neerslag
de waterdamp

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Verwerkingsopdracht
Uitleg
Je gaat straks voor kinderen in groep 5/6 een explainer maken over de waterkringloop. Maar hoe doe je dat eigenlijk? Geen paniek, ik help je er stap voor stap doorheen!

Slide 11 - Diapositive

Verwerkingsopdracht
Verwerkingsopdracht
Uitleg
Bekijk het voorbeeld van een explainer hiernaast.
Stap 1
Wat is een explainer?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat
Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Wat is het doel van de maker van de explainer?
A
Hij geeft informatie en wil je iets uitleggen.
B
Hij wil je overhalen om iets te doen.
C
Hij wil je vooral vermaken door grapjes te maken.
D
Hij vertelt hoe je iets stap voor stap moet doen.

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Verwerkingsopdracht
Uitleg
Laten we de explainer verder onderzoeken. Hij bestaat uit een inleiding - een middenstuk (de kern) en een afsluiting. Maar welk gedeelte uit het filmpje hoort bij wat? Op de volgende slide zie je gedeeltes van de tekst uit de explainer. Kun jij ontdekken wat bij de inleiding, de kern en de afsluiting hoort?

Slide 14 - Diapositive

Verwerkingsopdracht
Verwerkingsopdracht
Herken jij de inleiding, het middenstuk met informatie en de afsluiting in het filmpje? Slepen maar!
inleiding
kern
slot

Een geschminkt gezicht, een absurd grote mond en een rode neus. Ik was vroeger doodsbang voor clowns. En ik ben niet de enige. Veel meer mensen krijgen de kriebels van clowns. Dit is uitgezocht. In elke aflevering hebben we één onderwerp helemaal voor jullie uitgezocht. Dit keer: angst voor clowns.

Dit zijn de belangrijkste redenen waarom mensen bang zijn voor clowns:
1. Het masker van schmink. Je kunt niet zien wie er achter de schmink zit en hoe die persoon zich voelt. En dat vertrouw je niet. 2. Net niet menselijk. Clowns hebben vaak een overdreven grote neus, een brede mond en enorme handen en voeten. 3. Onvoorspelbaar gedrag. Je weet nooit wat je kunt verwachten bij een clown.

Als je nu heel erg bang bent voor clowns of ze gewoon een beetje eng vindt, houd dan dit in je achterhoofd: clowns zijn ook maar gewoon mensen!

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Verwerkingsopdracht
Uitleg
  • Een explainer is een uitlegfilmpje.
  • In een explainer geeft de maker informatie over een onderwerp.
  • In een explainer wil de maker je iets leren over een onderwerp. Hij legt iets uit.
  • Een explainer heeft een logische opbouw: hij bestaat uit een inleiding, een middenstuk met informatie en een pakkende afsluiting.
Conclusies

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verwerkingsopdracht
Aan de slag!
Werk samen in tweetallen. Schrijf op wat jullie in de explainer gaan vertellen. Het schrijfkader kan jullie hierbij helpen.
Stap 2
Eerst de tekst

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verwerkingsopdracht
Aan de slag!
Jullie zijn er klaar voor om jullie explainer over de waterkringloop op te nemen. Bekijk je van te voren samen de punten in de checklist? Die helpen je vast en zeker om de explainer nog beter te maken. Veel succes!
Stap 3
Van tekst naar filmpje
timer
15:00

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verwerkingsopdracht
Feedback
Bekijk de explainer van je klasgenoten. Kunnen jullie de checklist voor elkaar invullen? Wat ging al heel goed? Wat kun je de volgende keer nog beter oefenen? Plak jouw ingevulde checklist in je projectschrift. 

Slide 19 - Diapositive

Verwerkingsopdracht
Wereldoriëntatie
  • Ik weet hoe de korte en de lange waterkringloop eruitziet.
  • Ik weet hoe de weersverschijnselen verdampen, neerslag en wolkvorming ontstaan.
Dit weet ik nu ... & Dit kan ik nu ...
Woordenschat
  • Ik begrijp de belangrijke woorden die met de waterkringloop te maken hebben.
Taal
  • Ik kan in een explainer aan kinderen in groep 5/6 uitleggen hoe de korte en de lange waterkringloop eruitziet.
Heb jij de lesdoelen behaald, vind je?

Slide 20 - Diapositive

Controle lesdoelen
Hebben de leerlingen de lesdoelen behaald?
Vragenmuur & Weetmuur
  • Welke vragen zijn al beantwoord? Verplaats deze naar de weetmuur. 
  • Op welke vragen hoop je de volgende les antwoord te krijgen? 
  • Zijn er tijdens deze les nieuwe vragen in je opgekomen?

Slide 21 - Diapositive

Vragenmuur & weetmuur
Bekijk samen met de leerlingen de vragenmuur. Zijn er al vragen beantwoord? Verplaats die vragen naar de weetmuur. Zijn er tijdens deze les nieuwe vragen ontstaan?
              Tot de volgende keer!

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions