les 13 - M2 - martes 17 de diciembre 2024

• Spaans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Les 12 - M2 - martes 17 de diciembre 2024

¿Qué hacemos hoy? 

• We bestuderen het bezittelijk voornaamwoord + we maken bijbehorende oefeningen
• Blooket spelen (H5: van alles wat...)
• Break
• De toekomende tijd --> 'ir' + a + werkwoord (iets gaan doen)
• Filmpjes over cultuur

Het bezittelijk voornaam-woord

https://www.lessonup.com/nl/lesson/q5MDfyzhaaayPzEiy?utm_source=app&utm_campaign=shared-lesson-app&utm_content=1643366349400&utm_medium=shared-link

Zelf aan de slag... (huiswerk!)

Jullie maken oefening 

10a + 10b + 10c 

WB blz. 47 + 48

Respuestas 10a

¡Hola chicas y chicos! ¿Buscáis los vaqueros perfectos? ¡En la nueve tienda de Desigual en la calle Fuencarral tenemos la ropa de tu estilo! Nuestras dependientes (=winkelmedewerkers) tienen tu talla (=maat). Desigual, la ropa perfecta para ti y para tus amigos. ¡Con nuestros colores hacemos (=maken) de vuestras vidas una fiesta!

Respuestas 10b

1. Mis tiendas favoritas son Mango y Zara.
2. Tu talla es M.
3. Su color favorito es el azul.
4. Nuestros vaqueros (=spijkerbroek) son de Desigual.
5. Vuestro estilo es deportivo (=sportief).
6. Sus faldas son bonitas. 

Respuestas 10c

1. Mis	2. Tu
3. Su	4. Sus
5. Tus	6. Nuestros
7. Vuestros	8. Su
9. Su	10. Su

Woordenschat oefenen

play.blooket.com/play

H5: 

nieuwe woordenschat

Bron J - grammatica 

Voorbeelden...

1. Voy a vivir en Rotterdam.

2. Vamos a hablar sobre (=over) la escuela.

3. Ella va a escuchar (=luisteren) la radio.

4. Él va a llevar (=dragen) un vestido nuevo.

5. Ellos van a comer pizza hoy.

6. ¿Vais a comprar ropa nueva?

Belangrijke werkwoorden

comprar	descansar	beber	ir de compras
kopen	uitrusten	drinken	winkelen

comer	hacer	buscar	dar un paseo
eten	doen	zoeken	wandelen

Ejercicio 26b - 26c (WB blz. 60)

Bij oefening 26a kies je in welke werkwoordstijd de zin staat:

- in het nu (heden)                voy/vas/va/vamos/vais/van

- in de toekomst                     voy/vas/va/vamos/vais/van + a + ww

Bij oefening 26b vertaal je de zinnen naar het Nederlands

Antwoorden 26b 

Antwoorden 26c 

1. Ik ga een boek lezen.
2. Draag jij een rode jurk?
3. We gaan de metro nemen/pakken.
4. Mijn vader gaat een cadeau kopen.
5. Ik ga naar de supermarkt. 
6. We gaan naar de les.

Cultuur

Wat valt je op?

Maak thuis aantekeningen bij de video's van:

- de dag van de doden (Mexico)

- Kerst in Spanje

Wat zijn overeenkomsten en verschillen met Nederland?

Wat is typisch Mexicaans / Spaans?

Los deberes (di 7 januari)

• Nog eens bekijken van de huiswerk-video's + aantekeningen maken 
• Alvast leren voor de toets!
• In Magister (bij 7 januari) staan alle toetsonderwerpen op een rij: wat moet je kennen en kunnen?