bijbelquizzz april 18

kinderbijbelklas
Jezus in het Oude Testament
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
GodsdienstBasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

kinderbijbelklas
Jezus in het Oude Testament

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Slide 3 - Vidéo

De Bijbel bestaat uit twee delen

Slide 4 - Diapositive

Het Oude Testament bestaat ook uit een aantal onderdelen.
Welke denk jij?

Slide 5 - Diapositive

onderdelen Oude Testament.

Slide 6 - Carte mentale

Oude Testament
verhalen
wetten
voorspellingen (profeten)
psalem en gedichten.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Wat is het derde Bijbelboek?
A
Exocus
B
Leviticus
C
Numeri
D
Deuterenomium

Slide 10 - Quiz

Op welke dag schiep God de mens?
A
4e
B
5e
C
6e
D
7e

Slide 11 - Quiz

De bijbel kent 3 aartsvaders. Wie is geen aartsvader?
A
Adam
B
Abraham
C
Izaak
D
Jakob

Slide 12 - Quiz

Jakob trouwt met Rachel. Hoe lang moet hij wachten/werken voor haar?
A
Hij trouwt meteen met haar.
B
7 jaar.
C
14 jaar.
D
12 jaar

Slide 13 - Quiz

Hoe heet de jongste zoon van Jakob?
A
Jozef
B
Ruben
C
Dina
D
Benjamin

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Vidéo

Wat hebben de broers uiteindelijk met Jozef gedaan?
A
In de put laten zitten.
B
Vermoord.
C
Ze lieten hem weer gaan.
D
Ze verkochten hem.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Jochebed maakte van dit spul een voorwerp. Wat maakte zij?
A
Dak van een kleine woning.
B
Een rieten stoel.
C
Een mand
D
Een altaar

Slide 18 - Quiz

Mozes was een Egyptische prins. Toch moest hij vluchten. Waarom?
A
Hij doodde een soldaat.
B
Hij ging met een andere vrouw naar bed.
C
Hij stal van de Farao.
D
Hij liep over naar het joodse volk.

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Vidéo

Wat betekent Pesach?
A
levend maken.
B
opstanding
C
voorbijgaan
D
bloed

Slide 21 - Quiz

De bevrijding van de joden wordt beschreven in het boek Exodus. Wat betekent Exodus?
A
uittocht
B
bevrijding
C
reizen
D
feest

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Carte

De eerste stad die ingenomen werd was Jericho. Wat is niet waar?
A
Jericho ligt vlakbij de Jordaan.
B
Jericho had dikke muren.
C
In Jericho woonde Rachab.
D
De joodse soldaten braken de muren af.

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

De stad Ai werd niet ineens overwonnen. Hoe kwam dat?
A
Jozua ging op eigen houtje vechten.
B
Iemand had gestolen.
C
Ze vertrouwden niet op God.
D
Iemand had ze verraden.

Slide 26 - Quiz

Bij de verdeling kreeg 1 zoon van Jakob geen stuk van Kanaän. Wie?
A
Juda
B
Benjamin
C
Levi
D
Dan

Slide 27 - Quiz

Debora is een vrouwelijk rechter. Wie was haar legerofficier?
A
David
B
Saul
C
Benjamin
D
Barak

Slide 28 - Quiz