Elektriciteit B4 8.4 Rendement en capaciteit les 5

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 8.4 Rendement en capaciteit
Welkom Basis-4
Je hebt straks je laptop niet nodig                                     START IN:



Neem plaats en leg je spullen alvast klaar.
timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

We gaan starten!
                                                                                               Wachttijd:
stopwatch
00:00

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

H8: Elektriciteit 
§ 8.1 Elektrische stroom
§ 8.2 Spanning
§ 8.3 Energieverbruik 

§ 8.4 Rendement en capaciteit 
§ 8.5 Elektrische apparaten  
§ 8.6 De huisinstallatie

          

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesprogramma
  1. Huiswerk-controle
  2. Terugblik
  3. Leerdoelen
  4. Instructie (uitleg)
  5. Huiswerk
  6. Nabespreking
  7. Afsluiting 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Elektriciteit H8
Nova code:

klascode 649157

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerkcontrole
1. Maak de opdrachten van:
 paragraaf 8.3 Energieverbruik 1 t/m 10 af        

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik
  1. Je kunt uitleggen wat vermogen is.
  2. Je kunt het vermogen van een apparaat berekenen.
  3. Je kunt de verbruikte energie berekenen van een apparaat dat een bepaalde tijd aanstaat.
  4. Je kunt de kosten van elektrische energie berekenen.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kun je het vermogen
van een apparaat berekenen?

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de eenheid voor vermogen?
A
Meter
B
Watt
C
Ampere
D
Kilo

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen  8.4 Rendement en capaciteit
  1. Je kunt uitleggen wat rendement betekent.
  2. Je kunt de eigenschappen van een accu beschrijven.
  3. Je kunt de capaciteit van een accu berekenen.
  4. Je kunt berekenen hoelang een apparaat op een accu kan werken.
  5. Je kunt de stroomsterkte door een apparaat berekenen dat op een accu werkt.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rendement
Een elektrisch apparaat verbruikt elektrische energie. Het apparaat zet die energie om in een andere vorm van energie. Bijvoorbeeld: een lamp verbruikt elektrische energie en zet deze energie om in licht en warmte. De hoeveelheid energie die erin gaat, komt er ook weer uit. Energie verdwijnt niet.


Bij een lamp krijg je licht en warmte. Maar je gebruikt alleen het licht. De warmte van een lamp gebruik je niet. Daarom zeg je dat er energie verloren gaat aan warmte.
Die energie verdwijnt niet. Ze wordt alleen omgezet in een soort energie die je niet wilt. Dat noem je energieverlies.
 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het rendement van een ledlamp
De elektrische energie die de lamp verbruikt, is 100% (afbeelding 1). 
Daarvan zet de lamp 45% om in licht. Licht is de nuttige energie van de lamp. Dit is de soort energie die je wilt van het apparaat. 
De rest van de energie wordt omgezet in warmte. 
De warmte gebruik je niet.


Je zegt:
Het rendement van deze lamp is 45%. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De accu
In de accu van een auto is chemische energie opgeslagen (afbeelding 3). 
Ook in de accu van je telefoon is 
chemische energie opgeslagen.
Die chemische energie wordt omgezet in
elektrische energie. 
De accu van een auto heeft een spanning
van 12 V. De accu van een telefoon heeft
meestal een spanning van 3,8 V.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De Accu
De capaciteit geeft aan hoelang een accu een bepaalde hoeveelheid energie kan blijven leveren.
  

De capaciteit van een accu noteer je in ampère-uur (Ah). Een kleine personenauto heeft bijvoorbeeld een accu van 40 Ah. Bij een stroomsterkte van 4 ampère (A) duurt het 10 uur (h) voor de accu leeg is.
Capaciteit bereken je met de formule:
capaciteit = stroomsterkte × tijd


Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oplaadbare batterij
Een oplaadbare batterij is een soort accu (afbeelding 4). De capaciteit van een oplaadbare batterij is veel kleiner dan die van een accu. Daarom wordt de capaciteit van batterijen gegeven in milliampère-uur (mAh).

De capaciteit staat altijd op de batterij.
Hoe groter de capaciteit van die batterij, 
hoe langer het apparaat blijft werken zonder
opladen. 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oplaadbare batterij
Hoelang een apparaat kan werken op een batterij reken je uit met de formule:

tijd = capaciteit : stroomsterkte

Met de formule:
stroomsterkte = capaciteit : tijd
reken je uit hoeveel stroom er door 
een apparaat gaat.



Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeldopdracht 1
De draadloze speaker van Anouk heeft een batterij met een capaciteit van 6000 mAh. Door haar speaker loopt een stroom van 0,250 A.
Hoelang kan de speaker van Anouk doorspelen zonder dat ze hem hoeft op te laden?
gegevens
stroomsterkte = 0,250 A = 250 mA
capaciteit = 6000 mAh
gevraagd
tijd = ? h





  • uitwerking
tijd = capaciteit : stroomsterkte
tijd = 6000 : 250 = 12 h
De speaker kan dus 12 uur doorspelen zonder op te laden.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samengevat:
Het rendement is hoeveel energie een apparaat nuttig verbruikt (in procenten).

In een accu is chemische energie opgeslagen.
De chemische energie wordt omgezet in elektrische energie.
Capaciteit geeft aan hoelang een accu een bepaalde hoeveelheid energie kan blijven leveren.
De eenheid van capaciteit is ampère-uur (Ah).
De capaciteit van een batterij wordt gegeven in milliampère-uur (mAh).
De capaciteit bereken je met de formule:
capaciteit = stroomsterkte × tijd
De tijd die een apparaat op een batterij kan werken, bereken je met:
tijd = capaciteit : stroomsterkte
Je berekent de stroomsterkte die door een apparaat loopt met:
stroomsterkte = capaciteit : tijd









Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Slide 20 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar wil je nog extra uitleg over?

Slide 21 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting: we weten ....
  1. Je kunt uitleggen wat rendement betekent.
  2. Je kunt de eigenschappen van een accu beschrijven.
  3. Je kunt de capaciteit van een accu berekenen.
  4. Je kunt berekenen hoelang een apparaat op een accu kan werken.
  5. Je kunt de stroomsterkte door een apparaat berekenen dat op een accu werkt.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik snap de leerdoelen:
Je kunt uitleggen wat rendement betekent.
Je kunt de eigenschappen van een accu beschrijven.
Je kunt de capaciteit van een accu berekenen.
Je kunt berekenen hoelang een apparaat op een accu kan werken.
Je kunt de stroomsterkte door een apparaat berekenen dat op een accu werkt.
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje....

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk: 
  •  Zet het in je planner!
1. Maak opdracht 4, 5, 6, 10, 12 en 13 van paragraaf 8.4 Rendement en capaciteit                                                                 

Dank voor jullie aandacht!

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maak opdracht 4, 5, 6, 10, 12 en 13  van paragraaf 8.4 Rendement en capaciteit
Je mag samenwerken!

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nabespreken 
Antwoorden opdrachten

Slide 26 - Diapositive

Wetenschap is het opdoen van kennis en deze toepassen.
Natuurwetenschappers kijken naar de natuurlijke wereld, en nemen verschijnselen waar. En proberen die te verklaren en te voorspellen.
Ze doen ONDERZOEK en ontdekken zo nieuwe dingen over de natuur om ons heen.
Techniek wordt gebruikt om die kennis in uitvindingen toe te passen

Verschil Natuurkunde en Scheikunde: tijdelijk en blijvende veranderingen: Je kan het niet meer terug krijgen in de oude staat.
Eigenlijk IS scheikunde ook natuurkunde, maar dan specifiek gericht op stoffen en hoe die met elkaar reageren DUS een blijvende verandering