13-3 Driehoeken

Hoeveel symmetrieassen heeft een vierkant?
1 / 23
suivant
Slide 1: Question ouverte
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoeveel symmetrieassen heeft een vierkant?

Slide 1 - Question ouverte

Hoeveel symmetrieassen heeft een rechthoek?

Slide 2 - Question ouverte

Hoeveel symmetrieassen heeft een gelijkbenige driehoek?

Slide 3 - Question ouverte

Hoeveel symmetrieassen heeft een gelijkzijdige driehoek?

Slide 4 - Question ouverte

Teken een rechthoek ABCD met AB = 5 cm
en BC = 3 cm.
Teken diagonaal AC.
Knip de rechthoek uit.
Knip de rechthoek over de diagonaal doormidden.

  • Je hebt nu twee rechthoekige driehoeken.

Slide 5 - Diapositive

Vouw een plaatje dubbel.
Teken met twee lijnstukken een rechthoekige driehoek. Knip de driehoek uit.
Meet de zijden van de uitgeknipte driehoek.
  • De driehoek heeft één symmetrieas.
  • De driehoek heeft twee even lange zijden 
  • de driehoek heeft twee even grote hoeken.

Slide 6 - Diapositive

Een driehoek met twee gelijke zijden heet een gelijkbenige driehoek. Een gelijkbenige driehoek is heeft één symmetrieas.

AC = BC
Welke hoeken zijn even groot?

Slide 7 - Diapositive

Vouw een blaadje dubbel. 
Teken een rechthoekige driehoek met
één zijde van 3 cm en één zijde van 
6 cm. Knip de driehoek uit.
Meet alle zijden.
  • De driehoek heeft 3 even lange zijden.
  • De driehoek heeft 3 even grote hoeken.
  • De driehoek heeft 3 symmetrieassen.

Slide 8 - Diapositive

Een driehoek waarvan alle zijden even lang zijn heet een gelijkzijdige driehoek.
Een gelijkzijdige driehoek heeft drie symmetrieassen. Alle hoeken zijn even groot.

In hoofdstuk 1 hebben we deze getekend met behulp van een passer.

Slide 9 - Diapositive

je moet van drie soorten driehoeken de naam kennen:
gelijkbenige driehoek
gelijkzijdige driehoek
rechthoekige driehoek

Slide 10 - Diapositive

Teken een gelijkzijdige driehoek met zijden van 4 cm.
Teken ook alle symmetrieassen.

Slide 11 - Diapositive

Teken een gelijkzijdige driehoek met zijden van 4 cm.
Teken ook alle symmetrieassen.

Slide 12 - Diapositive

Zet de juiste naam onder de driehoek.
Teken ook alle symmetrieassen.

Slide 13 - Diapositive

Welke driehoek is niet lijnsymmetrisch?

Slide 14 - Question ouverte

Driehoek ABC is .... en heeft ... symmetrieassen.
A
gelijkbenig en heeft 1 as
B
gelijkbenig en heeft 3 assen
C
gelijkzijdig en heeft 1 as
D
gelijkzijdig en heeft 3 assen

Slide 15 - Quiz

Driehoek PQR is .... en heeft ... symmetrieassen.
A
gelijkbenig en heeft 1 as
B
gelijkbenig en heeft 3 assen
C
gelijkzijdig en heeft 1 as
D
gelijkzijdig en heeft 3 assen

Slide 16 - Quiz

Teken een rechthoekige driehoek die ook gelijkbenig is.

Teken ook een stomphoekige driehoek die ook gelijkbenig is.

Slide 17 - Diapositive

Teken een rechthoekige driehoek die ook gelijkbenig is.



Teken ook een stomphoekige driehoek die ook gelijkbenig is.

Slide 18 - Diapositive

Teken een gelijkbenige driehoek met één zijde van 4 cm en twee zijden van 6 cm.
Teken ook de symmetrieas(sen).

Slide 19 - Diapositive

Teken een gelijkbenige driehoek met één zijde van 4 cm en twee zijden van 6 cm.
Teken de symmetrieas(sen).

Slide 20 - Diapositive

Teken een gelijkbenige driehoek met één zijde van 4 cm en twee zijden van 6 cm.
Teken (als ze bestaan)
de symmetrieassen.

Slide 21 - Diapositive

Teken een gelijkbenige driehoek met één zijde van 4 cm en twee zijden van 6 cm.
Teken (als ze bestaan)
de symmetrieassen.

Er zijn geen 
symmetrieassen

Slide 22 - Diapositive

HUISWERK
maken : 14 tot en met 19
maken : 14, 16, 17, 18, 19, 20, U5

Slide 23 - Diapositive