Thema 2 - moeilijke woorden opdr 5 en 6

Via Vooraf/Thema/Gezondheid
Uitdrukkingen

Bij woordenschat opdracht 5 en 6
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2PraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Via Vooraf/Thema/Gezondheid
Uitdrukkingen

Bij woordenschat opdracht 5 en 6

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke dag en datum is het vandaag?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

 Uitdrukkingen

Vandaag gaan we het over uitdrukkingen hebben.




Nederlands

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les ...

- weet ik wat een uitdrukking is
- kan ik de juiste betekenis van een uitdrukking kiezen
- kan ik uitdrukkingen herkennen

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Mijn ..... kookt
In ..... en nieren
Een ..... op iemand hebben
Door dik en ....
Een ...... in je keel hebben
oogje
hart
dun
kikker
bloed

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hulp?
Wat als je een spreekwoord of uitdrukking niet weet?


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De uitdrukking

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Probeer rustig en logisch na te denken

Zoek het op: googlen

Vraag het aan iemand anders

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gaan met die .......
Buiten ....... zijn
Met bloed, ......  en tranen
Als kat en ..... leven.
Tegen het zere ..... schoppen
hond
zweet
banaan
been
adem

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Een oogje op iemand hebben
A
Heel boos zijn
B
Heel erg
C
Elkaar steunen op leuke en minder leuke momenten
D
Iemand heel leuk vinden

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als kat en hond leven
A
Met veel zin aan iets beginnen
B
Altijd ruzie met elkaar maken
C
Heel boos zijn
D
Ergens heel veel moeite voor doen

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door dik en dun
A
Heel boos zijn
B
Heel erg
C
Elkaar steunen op leuke en minder leuke momenten
D
Iemand heel leuk vinden

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een kikker in je keel hebben
A
Niet goed kunnen praten omdat je schor bent
B
Met veel zin aan iets beginnen
C
Heel hard hijgen, omdat jij je ingespannen hebt
D
Ergens heel veel moeite voor doen

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mijn bloed kookt
A
Heel boos zijn
B
Heel erg
C
Elkaar steunen op leuke en minder leuke momenten
D
Iemand heel leuk vinden

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Gaan met die banaan!
A
Niet goed kunnen praten omdat je schor bent
B
Met veel zin aan iets beginnen
C
Heel hard hijgen, omdat jij je ingespannen hebt
D
Ergens heel veel moeite voor doen

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tegen het zere been schoppen
A
Heel boos zijn
B
Ergens heel veel moeite voor doen
C
Een pijnlijke opmerking tegen iemand maken
D
Altijd ruzie met elkaar maken

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Buiten adem zijn
A
Niet goed kunnen praten omdat je schor bent
B
Met veel zin aan iets beginnen
C
Heel hard hijgen, omdat jij je ingespannen hebt
D
Ergens heel veel moeite voor doen

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met bloed, zweet en tranen
A
Niet goed kunnen praten omdat je schor bent
B
Met veel zin aan iets beginnen
C
Heel hard hijgen, omdat jij je ingespannen hebt
D
Ergens heel veel moeite voor doen

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In hart en nieren
A
Heel boos zijn
B
Heel erg
C
Elkaar steunen op leuke en minder leuke momenten
D
Iemand heel leuk vinden

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Heel erg boos zijn
Schrijf de juiste uitdrukking op

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Ergens heel veel moeite voor doen
Schrijf de juiste uitdrukking op

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Iemand heel erg leuk vinden
Schrijf de juiste uitdrukking op

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Elkaar steunen op leuke en op minder leuke momenten
een opmerking maken over een pijnlijk onderwerp voor iemand
Heel erg boos zijn
Mijn bloed kookt
Buiten adem zijn
Door dik en dun
Tegen het zere been schoppen
In hart en nieren

Slide 23 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand heel leuk vinden
Met veel zin aan iets beginnen
Altijd ruzie met elkaar hebben
Een oogje op iemand hebben
Als kat en hond leven
Een kikker in je keel hebben
Gaan met die banaan
In hart en nieren

Slide 24 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions