Helpen in de kantine
1 / 12
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Waar gaat tekst 2 Schoolkantine over?
A
Broodjes verkopen in de schoolkantine.
B
Helpen in de kantine van de voetbalclub.
C
De tijden dat je iets kan kopen.
D
Helpen in de kantine op school.
Slide 2 - Quiz
Wat moet Lieke op maandagochtend om 9.50 uur doen?
A
Broodjes kopen.
B
Opruimen.
C
Spullen klaarzetten.
D
Een toets maken.
Slide 3 - Quiz
Wat zijn de belangrijkste taken die je moet doen?
A
Frisdrank op de balie zetten en fruit in de bakken leggen.
B
Klaarzetten, verkopen en opruimen.
C
Frisdrank, fruit en broodjes kopen.
D
Opruimen als het verkopen klaar is.
Slide 4 - Quiz
Wanneer is Achmed Madwar aan de beurt om te helpen?
A
Woensdag en donderdag.
B
Maandag en vrijdag.
C
Maandag en woensdag.
D
Maandag, woensdag en donderdag.
Slide 5 - Quiz
Wie helpt op Woensdag om 14.00 uur in de kantine?
A
Helen.
B
Achmed M.
C
Niemand.
D
Juf Joke.
Slide 6 - Quiz
Wat kan ik in de kantine kopen
Slide 7 - Carte mentale
Slide 8 - Question ouverte
Zet de zinnen op volgorde.
IK verkoop eten en drinken.
Ik zet alle spullen klaar.
Ik ga 10 minuten eerder uit de les.
Ik ruim alle spullen op.
Slide 9 - Question de remorquage
Wat is goed?
De kantine
De kantine
A
De leerlingen eten en drinken in de kantine.
B
De leerlingen wonen in de kantine.
Slide 10 - Quiz
Wat is goed?
Opruimen
Opruimen
A
Aan het eind van de les ruimen we de boeken. op.
B
Aan het begin van de les ruimen we de boeken op.
Slide 11 - Quiz
Welke woorden horen bij tekst 2 Schoolkantine?
A
Schoolkantine, broodjes, bekers, klaarzetten.
B
Wisselgeld, voetbalkantine, helpen, overzicht.
C
Schoolkantine, cola, helpen, broodjes.
