Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Het geraamte
Les 3
Slide 1 - Diapositive
Wat ga je leren?
Wat een skelet is ✔
De functie van het skelet ✔
De onderdelen van het skelet ✔
Over je schedel ✔
Wat een wervelkolom is ✔
Waar en wat je ribbenkast is ✔
Waar je botten uit bestaan ✔
Slide 2 - Diapositive
Wat weet je over het skelet?
Slide 3 - Carte mentale
Lichaam / Skelet
De mens heeft een inwendig skelet, dit
noemen we ook wel geraamte. Het skelet
bestaat uit verschillende botten. Een
volwassen mens heeft gemiddeld zo’n 206
verschillende botten.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Hoe noem je alle botten van je lichaam?
A
Wervelkolom
B
Skelet
C
Bloedvaten
D
Gewrichten
Slide 6 - Quiz
Hoeveel botten heeft het menselijk lichaam?
A
206
B
213
C
217
D
200
Slide 7 - Quiz
Functies van het skelet
Het zorgt ervoor dat je lichaam niet in elkaar zakt.
De bescherming van je organen. Bijvoorbeeld je hersenen worden beschermd door de schedelbeenderen, zodat je eigenlijk altijd een helm op hebt.
Bewegingen van al je lichaamsdelen. Dit komt omdat de meeste botten met gewrichten aan elkaar zitten. Gewrichten zorgen ervoor dat de botten kunnen bewegen.
Slide 8 - Diapositive
Ribbenkast
De ribbenkast is een buigzame, veerkrachtige kooi van ribben die je hart, longen en belangrijke bloedvaten beschermt.
Ribbenkast
De ribbenkast is een buigzame, veerkrachtige kooi van ribben die je hart, longen en belangrijke bloedvaten beschermt.
Slide 9 - Diapositive
Kenmerken/ onderdelen van een skelet
Sterk
Stevig
Niet al te zwaar
Lang meegaan
Een beetje buigzaam zijn
Slide 10 - Diapositive
Tekst
Tekst
Schedel
Borstbeen
Ellepijp
Knieschijf
Schouderblad
Opperarmbeen
Staartbeen
Scheenbeen
Slide 11 - Question de remorquage
Slide 12 - Vidéo
De schedel
In de schedel zitten de hersenen(onze computers). Alles wat wij doen wordt gedaan met behulp van onze hersenen.
De schedel wordt gedragen door de wervelkolom, die in de romp van boven naar beneden loopt.
De wervelkolom bestaat uit wervels.
In de schedel vind je ook de oogkassen (waar onze ogen zitten)
Je hebt ook de bovenkaak die vast zit en de onderkaak die beweegbaar is.
Onder de schedel zitten de 7 halswervels. De bovenste heet atlas.
Slide 13 - Diapositive
Je schedel beschermt je ...
A
hart
B
hersenen
Slide 14 - Quiz
Wat zit er tussen je schedel en je hersenen?
A
Botten
B
kraakbeen
C
vocht(water)
D
kalk
Slide 15 - Quiz
De rug
We hebben 2 schouderbladen.
Dat zijn de 2 vlakken, driehoekige botten dat het achterdeel van de schouder vormt.
Deze beschermen onze longen en zorgen er ook voor dat onze armen kunnen bewegen, doordat ze verbonden zijn met onze sleutelbenen.
De ruggengraat bestaat uit rugwervels.
Tussen de rug- en halswervels is er een rond gat. Daarin zit ruggenmerg.
Het ruggenmerg geeft het sein van de hersenen aan ons lichaam.
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
De borst
Als je in de spiegel kijkt dan zie je heel duidelijk dat je een groot bot hebt in het midden van je lichaam.
Dat is je borstwervel of borstbeen.
De 2 botten die je boven bij je schouders hebt zijn de sleutelbenen.
Ook heb je 10 paar ribben die d.m.v. kraakbeen aan het borstbeen vastzitten.
Dit kraakbeen maakt het mogelijk dat de borstkas wat kan uitzetten, wanneer we inademen.
Deze beschermen de voorkant van de longen.
Er zijn nog 2 paar ribben, die we zwevende ribben noemen. Deze botten maken allemaal deel uit van je borstholte.
In de borstholte zitten het hart en de 2 longen.
Slide 18 - Diapositive
Wat wordt er beschermd door je ribben?
A
Maag en hart
B
Hersenen
C
Longen en lever
D
Hart en longen
Slide 19 - Quiz
De ledematen
De armen en benen
Je armen en benen gebruik je meer dan alle andere lichaamsdelen.
Je onderarm en onderbeen bestaan uit 2 lange botten, pijpbeenderen genaamd.
Je onderbeen bestaat uit je scheenbeen dat aan de voorkant zit, en je kuitbeen, dat aan de achterkant zit.
Je onderarm bestaat uit je ellepijp en je spaakbeen.
Bij de pols zit de ellepijp vast aan de kant van de pink. Het spaakbeen zit dus vast aan de duim.
Slide 20 - Diapositive
Wat zijn je ledematen?
A
Oren, mond en neus
B
Ribben en borstbeen
C
Rug en nek
D
Armen en benen
Slide 21 - Quiz
Welke 2 botten zitten er in je onderarm?
A
Scheenbeen en enkel
B
Ellepijp en spaakbeen
C
Sleutelbeen en schouderblad
D
kraakbeen en heilig been
Slide 22 - Quiz
Dit bot beschermt je knie
A
Kuitbeen
B
Scheenbeen
C
Knieschijf
D
Knieplaat
Slide 23 - Quiz
Sleep de woorden naar de juiste plek bij het skelet.
de schedel
de wervelkolom
de borstkas
de ledematen
Tekst
Tekst
Tekst
Tekst
Slide 24 - Question de remorquage
Slide 25 - Vidéo
Botten
Wel 206 botten en botjes verstevigen ons lichaam. Veel botten voel je zitten in je lichaam. Als je op je hoofd tikt voel je je schedel. De botjes in je handen kun je ook goed voelen.
Botten
206 botten en botjes verstevigen ons lichaam. Veel botten voel je zitten in je lichaam. Als je op je hoofd tikt, voel je je schedel. De botjes in je handen kun je ook goed voelen.
Slide 26 - Diapositive
Wat is bot?
Botten zijn gemaakt van kalk en lijm.
Kalk zorgt voor stevigheid.
Lijm zorgt voor buigzaamheid.
Een baby is nog heel lenig en buigzaam. Baby's hebben veel lijm in hun botjes zitten.
Wanneer je ouder wordt, zit er steeds minder lijm in je botten en steeds meer kalk. Hierdoor breken oudere mensen veel makkelijker hun botten als ze vallen.
Slide 27 - Diapositive
De botten
Botten bestaan uit beenweefsel.
Beenweefsel bevat kalkzouten die stevigheid geven en lijmstof die voor buigzaamheid zorgen.
Als baby, bestaan je botten vooral uit kraakbeenweefsel.
Kraakbeen zit ook in je oorschelp en je neus.
Kraakbeen is stevig, maar buigzaam. Hierdoor breken kleine kinderen minder snel iets dan ouderen. Ze zijn ook vaak leniger.
Als je ouder wordt, bevat het bot meer kalkzouten en minder lijmstof. Het bot wordt hierdoor minder buigzaam.
Slide 28 - Diapositive
Kraakbeen
Kraakbeen
Bot met veel lijm heet kraakbeen. Kraakbeen zit op plekken waar je bot een beetje buigzaam moet zijn.
Slide 29 - Diapositive
Botten bestaan uit de volgende 3 stoffen:
Sleep de antwoorden naar het vak met het bot.
kalk
lijmstof
merg dat bloed maakt
organen
zout
Slide 30 - Question de remorquage
Waarom zit er kalk in onze botten?
A
Buigzaamheid
B
Stevigheid
Slide 31 - Quiz
Spieren zitten aan de botten vast met ...
A
botten
B
spieren
C
pezen
D
bewegen
Slide 32 - Quiz
In een bot zit veel...
en een klein beetje...
Kalk maakt het bot...
Lijmstof maakt het bot...
Hard en stevig
Lijmstof
Een beetje buigzaam
Kalk
Slide 33 - Question de remorquage
Hoe zie je er van binnen uit?
Zoogdieren
Alle zoogdieren hebben een skelet. Mensen zijn ook zoogdieren. Je skelet geeft stevigheid en vorm aan je lichaam.