Vogels in de Winter

Vogels in de winter.
Vogels in de winter.
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GroenSpeciaal OnderwijsLeerroute 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vogels in de winter.
Vogels in de winter.

Slide 1 - Diapositive

Planning
1. Uitleg over vogels in de winter .
2. Lezen en quiz
3. Vogelvoer maken (praktijk)

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
1. Ik begrijp waarom sommige vogels in de winter naar warmere plekken gaan.
2. Ik leer waar vogels eten kunnen vinden in de winter.
3. Ik weet wat ik nodig heb om vogelvoer te maken.
4. Ik weet hoe ik vogelvoer moet maken.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Vogelmigratie

Slide 5 - Diapositive

Wennen aan koud weer

Slide 6 - Diapositive

Zoeken naar eten

Slide 7 - Diapositive

Aan de slag
1. Opdracht 1: lezen 'vogels in de winter'

Slide 8 - Diapositive

Vogelvoer maken

Slide 9 - Diapositive

Benodigdheden

Slide 10 - Diapositive

Leerdoelen
1. Ik begrijp waarom sommige vogels in de winter naar warmere plekken gaan.
2. Ik leer waar vogels eten kunnen vinden in de winter.
3. Ik weet wat ik nodig heb om vogelvoer te maken.
4. Ik weet hoe ik vogelvoer moet maken.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Welke vogel zie je hier?
A
Merel
B
Uil

Slide 13 - Quiz

De merel eet een?
A
Banaan
B
Appel

Slide 14 - Quiz

De roodborst heeft zijn naam aan zijn uiterlijk te danken. De oranjerode snuit, keel en borst vallen behoorlijk op. Tenminste, als je ze van voren ziet. Het zijn vrij kleine vogels met een bruine kop en rug, dus als ze stil zitten op de grond of in een struik, loop je ze snel voorbij. Roodborsten jagen door laag bij de grond stil te zitten en bovenop hun prooi te duiken, zoals insecten, spinnen of andere kleine dieren. Als je in de tuin aan het werk bent, moeten veel van deze kleine dieren zich verplaatsen. Dat is makkelijk jagen voor de roodborst, die dan gerust heel dichtbij je komt zitten. In de winter eten ze bessen, zaden en bezoeken graag een voederplank.

Slide 15 - Diapositive

Wat eet de Roodborst in de winter?
A
bessen, zaden
B
patat, nootjes

Slide 16 - Quiz

Koolmezen hebben een gele buik, zwarte kop en een zwarte streep die over hun buik loopt. Bij vrouwtjes is dat een dun streepje, bij mannetjes een brede streep die net op een stropdas lijkt. Hun zang is hard en helder en doet een beetje denken aan een fietspomp. Naast dat herkenbare geluid hebben ze van zichzelf een vrij uitgebreid repertoire én kunnen ook goed anderen nadoen.

Slide 17 - Diapositive

De pimpelmees heeft ook een gele buik en gekleurd kopje. Daardoor zijn ze makkelijk te verwarren met koolmezen. Als je goed kijkt zie je dat de pimpelmees een blauw kapje heeft en een zwarte streep over zijn ogen. Net als koolmezen maken ze veel geluid, met lange trillers. Zie je ze tegelijkertijd? Dan zie je dat pimpelmezen iets kleiner en slanker zijn dan koolmezen. Ook is hun snavel iets korter. Doordat ze wat kleiner en slanker zijn, kunnen ze goed acrobatische toeren uithalen, zoals ondersteboven aan een takje hangen om iets te eten. 

Slide 18 - Diapositive

Welke vogel is dit?
A
Merel
B
Koolmees

Slide 19 - Quiz

Wanneer begint de pimpelmees met zingen?
A
Wanneer de zon op komt
B
In de nacht.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Vidéo

Wat hebben we nodig om een vetbol te maken in een kopje?

Slide 23 - Question ouverte