5.2 gevolgen voor de herkomstgebieden havo

H5 Migratie
Welkom!
Ga zitten en lees P5.2
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H5 Migratie
Welkom!
Ga zitten en lees P5.2

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • herhalen
  • leerdoelen
  • uitleg leerdoelen
  • aan de slag

Slide 2 - Diapositive

1. Wat is een herkomstgebied?
2. Wat is aspiratie?
3. Wat betekent mogelijkheden?

Slide 3 - Question ouverte

Leerdoelen

- Je weet wat de gevolgen van migratie in herkomstgebieden zijn.

- Je begrijpt waarom migratie afhangt van aspiraties en mogelijkheden.

- Je kunt uitleggen aan de hand van kaarten en statistieken waarom welvaartsgroei in de herkomstgebieden eerst leidt tot meer migratie, daarna tot minder migratie en uiteindelijk soms tot retourmigratie en immigratie

Slide 4 - Diapositive

Gevolgen voor de herkomstgebieden
  1. demografische gevolgen
  2. economische gevolgen
  3. sociaal - culturele gevolgen 

Slide 5 - Diapositive

Demografische gevolgen van migratie
Door arbeidsmigratie verandert de omvang en samenstelling van de bevolking in het herkomstgebied:
  • Het gebied waar de migranten vandaan komen.

Hoe ontstaat er een onevenwichtige bevolkingsopbouw? 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Economische gevolgen van migratie
Arbeidsmigratie zorgt voor geldzendingen: geld dat arbeidsmigranten naar het herkomstgebied sturen

Slide 9 - Diapositive

Geldzendingen
Waar komen geldzendingen terecht?


Voordelen
1.
2.

Nadelen van arbeidsmigratie voor het herkomstland?1.
1.

Slide 10 - Diapositive

Geldzendingen
Waar komen geldzendingen terecht?
Thuisblijvers investeren dit vaak in bedrijfjes, landbouw, scholen, gezondheidszorg en nieuwe huizen. 

Voordelen
  • Zo leiden deze zendingen tot een enorme verbetering van de families in herkomstgebieden.
  • Werkeloosheid neemt af.

Nadelen van arbeidsmigratie voor het herkomstland?
  • Meest ondernemende mensen gaan weg
  • Landbouwgrond wordt minder intensief gebruikt

Slide 11 - Diapositive

Sociaal-culturele gevolgen
Welke sociale en culturele gevolgen kan arbeidsmigratie hebben voor het herkomstland?
  • Thuisblijvers krijgen goede berichten en hierdoor meer aspiraties
  • Mensen met migranten in de familie krijgen een hogere status 
  • Mensen krijgen nieuwe ideeën, versnelling moderniseringsproces
  • Braindrain (hoger opgeleiden verlaten het land) 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Aan de slag
P5.2 : maken opdracht 1 t/m 4

Slide 14 - Diapositive

H5 Migratie
Welkom!
Ga zitten en lees P5.2

Slide 15 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • herhalen
  • leerdoelen
  • uitleg leerdoelen
  • aan de slag

Slide 16 - Diapositive

Welke gevolgen heeft migratie voor het land van herkomst?

Slide 17 - Question ouverte

Gevolgen
1. Demografisch
2. Economisch
3. Sociaal-cultureel

Slide 18 - Diapositive

Wat zijn nog meer nadelen van geldzendingen voor herkomstgebieden
A
Er wordt weinig gemaakt in eigen land
B
Geld wordt niet goed besteed
C
Afhankelijkheid van geldzendingen
D
Inkomensverschillen kunnen toenemen

Slide 19 - Quiz

Leerdoelen

- Je weet wat de gevolgen van migratie in herkomstgebieden zijn.

- Je begrijpt waarom migratie afhangt van aspiraties en mogelijkheden.

- Je kunt uitleggen aan de hand van kaarten en statistieken waarom welvaartsgroei in de herkomstgebieden eerst leidt tot meer migratie, daarna tot minder migratie en uiteindelijk soms tot retourmigratie en immigratie

Slide 20 - Diapositive

Migratie, ontwikkeling en retourmigratie

Met de termen ‘aspiraties’ en ‘mogelijkheden’ kun je voor mensen en gebieden voorspellen of er migratie zal plaatsvinden, of niet.

Slide 21 - Diapositive

4 verschillende situaties
1 - Geen migratie
2 - Beperkte migratie
3 - Migratiepiek
4 - Afnemende- & retourmigratie

Schrijf bij elke situatie of men wil en kan of niet kunnen en niet willen enz. en geef voorbeelden uit de tekst.


Slide 22 - Diapositive

geen migratie
In een gebied met armoede:
  • Niet veel scholing
  • Niet bewust van betere mogelijkheden

Men wil niet en men kan niet 

Slide 23 - Diapositive

beperkte migratie
Stijgt het welvaarts- en opleidingsniveau, dan worden de aspiraties in de regel ook groter. 

Men droomt van een beter bestaan, maar er zijn nog niet genoeg mogelijkheden.

men wil wel, maar men kan niet.

Slide 24 - Diapositive

migratiepiek
Bij voldoende welvaart, mogelijkheden om te migreren.

- mensen hebben geld
aspiraties nemen toe door:
    1.  een opleiding
    2. informatie via de media

men wil wel en men kan het ook 


Slide 25 - Diapositive

afremende migratie 
Als het nog beter gaat met de economie, nemen de aspiraties weer af. 

Men wil niet meer zo graag migreren en blijft liever in het welvarende gebied. 

Men wil niet meer, maar kan nog wel

Slide 26 - Diapositive

retourmigratie
Steeds vaker komen de mensen terug naar het gebied, en ontstaat er retourmigratie

Mensen verhuizen dan terug naar het land waar ze vroeger uit vertrokken zijn. 

Slide 27 - Diapositive

Aan de slag
  • maken de box: fasen van migratie
  • P5.2: alle opdrachten

Slide 28 - Diapositive

Onderzoek migratiegebieden
Syrië, Irak, Somalië, Nigeria, Eritrea, India, Albanië, Italië, Spanje, Griekenland, Roemenië 

Economische Gevolgen: Hoe heeft de migratie de lokale economie beïnvloed? Denk hierbij aan zaken als geldovermakingen (remittances), arbeidskrachten, en lokale investeringen.
Demografische Veranderingen: Wat is de impact van migratie op de demografische samenstelling van het herkomstgebied? Overweeg factoren zoals leeftijdsopbouw, geslachtsverhoudingen, en bevolkingsdichtheid.
Sociaal-culturele Invloeden: Hoe heeft migratie de cultuur, tradities en het dagelijks leven in het herkomstgebied beïnvloed? Denk aan aspecten als onderwijsniveau, genderrollen, en familiepatronen.
Politieke en Beleidsimplicaties: Zijn er veranderingen in het lokale beleid of de politieke structuur die kunnen worden toegeschreven aan migratie?

Slide 29 - Diapositive

4 verschillende situaties
- Voor iedere situatie moeten jullie een scenario bedenken (dus in welk scenario zou deze situatie plaatsvinden)

- Je moet hierbij een bron (de Atlas) gebruiken

Slide 30 - Diapositive

Hoe ga je te werk?
- Bedenk wat de kenmerken van de situatie zijn
(arm/ontwikkelend/rijk - laagopgeleid/hoogopgeleid)

- Zoek een Atlaskaart over een kenmerk

- Schrijf een kort verhaaltje erover

Slide 31 - Diapositive

Voorbeeld:
In deze situatie zit een vrouw uit de Centraal-Afrikaanse Republiek, een economisch zeer zwak land (GB55 262C)

Slide 32 - Diapositive

Op welke situatie is dit voorbeeld van toepassing?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 33 - Quiz

Opdracht
- Schrijf zelf voor de 4 situaties (bron 10) een scenario (dus in welk scenario zou deze situatie plaatsvinden)

- Gebruik hierbij een bron (de Atlas) --> TIP: Gebruik kaarten over de Wereld

- Je hebt hiervoor 15 minuten de tijd
- Lukt het niet? Ik heb een lijst met Atlaskaarten die je kan gebruiken

- Eerder klaar? Ga verder met de opgaven van paragraaf 5.2

Slide 34 - Diapositive

Wissel jouw situaties uit met een ander: 


Welke situatie hoort bij welk stukje tekst?

Slide 35 - Diapositive