De opbouw van een tekst

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

De opbouw van een tekst.

Doel: Je herkent de opbouw van een tekst en je kunt snel de weg vinden door een tekst.

Waar denk je aan bij de indeling van een tekst?

Wat benoemt de het onderwerp of trekt de aandacht bij een tekst.

1. De titel.
2. De kern.
3. Het middenstuk.
4. Het slot.

Wat is een anekdote?

1. Een kort verhaaltje dat je aandacht trekt.
2. Een samenvatting.
3. Een conclusie.
4. Verschillende onderdelen van de tekst.

Langere teksten kennen vaak de volgende opbouw.

1. Titel
2. Korte samenvatting
3. Begin met een introductie of anekdote
4. Middenstuk, alinea met meerdere deelonderwerpen
5. Slot met samenvatting of conclusie/ verwijzing naar het begin

Voorbeeld van een indeling.

Wat is een conclusie?

1. Een belangrijke uitspraak die volgt uit wat eerder is gezegd/geschreven
2. De belangrijkste zin.
3. Iets wat door iets anders gebeurt.
4. Opmerkingen waarin iemand uitlegt hoe hij er zelf over denk

Je volgt een recept uit een kookboek. Wat voor soort tekst is dit?

1. Informeren.
2. Instrueren.
3. Overtuigen.
4. Overhalen.

Deelonderwerpen.

Zijn verschillende kanten van een een onderwerp die in een tekst aan bod komen.

Schilderen.

Welke deelonderwerpen kunnen jullie bedenken bij het onderwerp schilderen?

De lay-out van een tekst.

De lay-out van een tekst is hoe de tekst eruit ziet.

Voorbeeld van een lay-out, blz. 43

Waaraan kun je een deelonderwerp herkennen?

1. Soms staan er tussenkopjes boven de deelonderwerpen.
2. Soms geven de witregels de scheiding tussen de deelonderwerpen aan.
3. Soms verduidelijkt een afbeelding een deelonderwerp.
4. Er staat bij een tekst: deelonderwerp 1, deelonderwerp 2, etc.

Samen oefenen

2.1. Opdrachten 1 en , (blz. 36 - 38)

Zelfstandig werken.

2.1. Opdrachten 1 t/m 5, (blz. 36 - 42)

2.2. Opdrachten 1 t/m 4, (blz. 43 - 49)