Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
1.4 Tsunami's
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Je weet wat een tsunami is en wat de gevolgen van tsunami's kunnen zijn.
Je begrijpt hoe tsunami’s ontstaan
Je begrijpt waarom de gevolgen in arme landen verschillen van die voor bewoners van rijke landen.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Een tsunami
Denk terug aan de video. Had het uit gemaakt als je goed zou kunnen zwemmen?
Slide 5 - Diapositive
Een tsunami
Denk terug aan de video. Had het uit gemaakt als je goed zou kunnen zwemmen?
Nee, denk aan alle brokstukken en afval in het water!
Slide 6 - Diapositive
Een tsunami
Een vloedgolf veroorzaakt door een krachtige beving onder zee.
Slide 7 - Diapositive
Een tsunami
Een vloedgolf veroorzaakt door een krachtige beving onder zee.
Wat veroorzaakt een aardbeving of zeebeving?
Slide 8 - Diapositive
Een tsunami
Een vloedgolf veroorzaakt door een krachtige beving onder zee.
Wat veroorzaakt een aardbeving of zeebeving?
Platentektoniek!
Slide 9 - Diapositive
Hoe ontstaat een Tsunami
Aardbeving op de zeebodem
Grote hoeveelheid water komt in beweging
Dichterbij de kust wordt het water ondieper. hierdoor wordt de golf afgeremd
De golf wordt nu pas écht hoog en veranderd in een verwoestende vloedgolf.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Slide 12 - Diapositive
Waarschuwingsbord in Canada
Slide 13 - Diapositive
TOT HIER
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Wat is een tsunami?
A
Een golf
B
Hoge vloedgolf op zee die de kust overspoelt en die wordt veroorzaakt door een zeebeving.
C
Een aardbeving onderwater
D
Een hoge vloedgolf ontstaan door hele harde wind op zee.
Slide 17 - Quiz
Hoe kan het dat een zes meter hoge golf de stad Palu op Sulawesi trof terwijl festivalgangers op het strand stonden te feesten?
Slide 18 - Diapositive
Voor een tsunami heb je nodig ...
A
een aardbeving in de zeebodem en een diepe kust
B
een aardbeving in de zeebodem en een ondiepe kust
C
een aardbeving op land en een diepe zee
D
een aardbeving op land en een ondiepe zee
Slide 19 - Quiz
De tsunami in 2004 veroorzaakte meer dan 200.000 doden. In 2011 veroorzaakte de tsunami 15.800 doden. Wat is de belangrijkste factor voor dit verschil?
A
Verschil in kracht van de aardbeving
B
Verschil in klimaat.
C
Verschil in ontwikkeling van het land
D
Verschil in type plaatbeweging
Slide 20 - Quiz
Waarom veel slachtoffers:
waarschuwingssysteem werkte niet goed.
alarm werd te vroeg ingetrokken.
alleen waarschuwing via televisie.
door aardbeving waren veel mensen buiten. Zij wisten niets vd 6 m hoge golf.
Slide 21 - Diapositive
Op zee merk je weinig van een tsunami
A
Goed
B
Fout
Slide 22 - Quiz
Ik weet nu alles van tsunami's
A
JA!
B
NEE!
C
IK HEB NOG EEN VRAAG!
Slide 23 - Quiz
Leerdoelen
Je weet wat een tsunami is en wat de gevolgen van tsunami's kunnen zijn.
Je begrijpt hoe tsunami’s ontstaan en waarom de gevolgen in arme landen verschillen van die voor bewoners van rijke landen.
Je kunt op een kaart de kusten aanwijzen die door tsunami's getroffen kunnen worden.
Slide 24 - Diapositive
Opdrachten
Maak van 1.4 eerst opdracht 4 (atlas), daarna de rest.