Les 11: eu of ui

eu-ui 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ANT2+Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

eu-ui 

Slide 1 - Diapositive

eu

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Vidéo

deur

Slide 5 - Diapositive

jeuk

Slide 6 - Diapositive

heup

Slide 7 - Diapositive

meubels

Slide 8 - Diapositive

sleutel

Slide 9 - Diapositive

beuk
beun
deuk
deun
heug
heup
heus
jeuk
keus
leuk
leun
leus

neus
neut
peuk
reuk
reus
zeug


Slide 10 - Diapositive

Schrijf woorden met de klank "eu".
timer
2:00

Slide 11 - Question ouverte

Zeg de zinnen na:

Slide 12 - Diapositive

ui
ui
huis
puin
kluis
luik
ruik
sluis
pluis
ruin
ruim
duik
tuin
buis
sluik
druif
kluif

Slide 13 - Diapositive

- Ik zeg een woord.
- Hoor je eu of ui?
- Omcirkel het goede antwoord.

Voorbeeld 1: keuken
Voorbeeld 2: uit

(Daarna het digibord uitzetten/bevriezen!)

(Blad op J-schijf in bestand
auditieve discriminatie.)

Slide 14 - Diapositive