Na Klar Havo 3 - hfd 4 Lernbox 1

Duits naar Nederlands: Leer deze belangrijke woorden
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Duits naar Nederlands: Leer deze belangrijke woorden

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de woordjes van Lernbox 4.1  van Duits naar Nederlands.

Slide 2 - Diapositive

Introduceer het doel van de les. Leg uit welke vaardigheden de studenten zullen leren.
Hoe wordt 'die Erinnerung' vertaald in het Nederlands?
A
de herinnering
B
toch
C
dennoch
D
de brug

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de vertaling van 'dennoch' in het Nederlands?
A
de herinnering
B
de brug
C
die Erinnerung
D
toch

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent 'die Brücke' in het Nederlands?
A
dennoch
B
de brug
C
de herinnering
D
toch

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

tatsächlich
daadwerkelijk

Slide 6 - Diapositive

Laat de Duitse term zien en vraag de studenten om de Nederlandse vertaling te geven.
Wat is de Nederlandse vertaling van 'tatsächlich'?
A
daadwerkelijk
B
de kleur
C
de grote stad
D
nauwelijks

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de Nederlandse vertaling van 'kaum'?
A
de kleur
B
nauwelijks
C
de grote stad
D
de mogelijkheid

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de Nederlandse vertaling van 'die Großstadt'?
A
de kleur
B
daadwerkelijk
C
de mogelijkheid
D
de grote stad

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de Nederlandse vertaling van 'die Farbe'?
A
de mogelijkheid
B
nauwelijks
C
de kleur
D
de grote stad

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de vertaling van 'kaum' in het Nederlands?
A
nauwelijks
B
de kleur
C
de grote stad
D
de mogelijkheid

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe wordt 'de grote stad' in het Duits genoemd?
A
daadwerkelijk
B
de mogelijkheid
C
die Großstadt
D
de kleur

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent 'die Farbe' in het Nederlands?
A
nauwelijks
B
de kleur
C
de grote stad
D
de mogelijkheid

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent 'das Viertel' in het Nederlands?
A
De stad
B
De rivier
C
De wijk
D
Het park

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de vertaling van 'insgesamt' in het Nederlands?
A
in totaal
B
wijk
C
mogelijkheid
D
nauwelijks

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de vertaling van 'die Chance' in het Nederlands?
A
grote stad
B
de kans
C
kleur
D
herinnering

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de vertaling van 'aufwachsen' in het Nederlands?
A
brug
B
opgroeien
C
kans
D
toch

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 18 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 19 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 20 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.