H2.5 soorten klimaten klas 1

Klimaatgebieden
Tropische klimaten
droge klimaten
zeeklimaten
landklimaten
koud klimaten 
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Klimaatgebieden
Tropische klimaten
droge klimaten
zeeklimaten
landklimaten
koud klimaten 

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen 
  • Je kent de indeling van de klimaten van Köppen; 
  • Je weet welke kenmerken bij verschillende klimaten horen; 
  • Je kunt op basis van de kenmerken het klimaat van een land/gebied bepalen.
  • Je kan de klimaatgroep A, C en D verfijnen op basis van natte en droge seizoenen. En B en E op basis van vegetatie

Slide 2 - Diapositive

Klimaatsysteem van Köppen

Slide 3 - Diapositive

Systeem van Köppen
A tropisch klimaat
B droog klimaat
C zeeklimaat (maritiem klimaat)
D landklimaat (continentaal klimaat)
E koud klimaat (poolklimaat of polair klimaat)

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

A-klimaten Af en Aw/As
Af = Tropisch regenwoud klimaat
  • hele jaar neerslag
  • Hele jaar warm

Aw/As = Savanne klimaat
Hele jaar warm
s:  (droog in de zomer)
w:  (droog in de winter)

Slide 14 - Diapositive

B-klimaten BW en BS
Droog klimaat / aride / woestijn
Gebaseerd op de hoeveelheid neerslag.

Tweede letter: (let op zijn hoofdletters)
BW: Woestijn
BS: Steppe

Let op er zijn koude- en warme woestijnen

Slide 15 - Diapositive

E-klimaten: ET, EF, EH
Poolklimaat -> Bij de polen en hoog in de bergen
Gemiddelde maandtemperatuur nooit boven 10 °C
Te koud voor bomen, soms mossen

ET: Toendraklimaat   (≤ 10ºC (boomgrens))
EF: Poolklimaat (≤ 0ºC)
EH: Hoogteklimaat (hoog in de bergen)

Slide 16 - Diapositive

Klimaatsysteem van Köppen
5 hoofdklimaten:
A = Tropische klimaten
B = Droge klimaten
C = Zeeklimaten
D = Landklimaten
E = Koude klimaten

En 10 tallen subklimaten
bijv: Aw, Cf, Cw, Df, BW, BS, EH

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Nu zelfstandig aan de slag

Slide 20 - Diapositive