Brugklas AK H3 par 6

Paragraaf 6 - Weer en klimaat in Nederland
Wat gaan we leren vandaag?

- Je leert hoe en waar er klimaatverschillen ontstaan tussen verschillende gebieden in Nederland.
- Je leert hoe klimaatverandering invloed heeft op Nederland en hoe het klimaat in de toekomst kan veranderen.
-Je snapt het verschil tussen het broeikaseffect en het versterkt broeikaseffect.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 6 - Weer en klimaat in Nederland
Wat gaan we leren vandaag?

- Je leert hoe en waar er klimaatverschillen ontstaan tussen verschillende gebieden in Nederland.
- Je leert hoe klimaatverandering invloed heeft op Nederland en hoe het klimaat in de toekomst kan veranderen.
-Je snapt het verschil tussen het broeikaseffect en het versterkt broeikaseffect.

Slide 1 - Diapositive

Wat voor klimaat heeft Nederland ook al weer?

Slide 2 - Question ouverte

Een gematigd zeeklimaat
Dit klimaat wordt gekenmerkt door de invloed van de zee, deze warmt 's zomers maar langzaam op en koelt 's winters langzaam af.

De temperaturen zijn dus meestal niet extreem hoog of laag.

Toch kan er hier wel extreem weer voorkomen! Vroeger was dat vaak 's winters, maar tegenwoordig ook vaak in de zomer.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Extreme hitte in Nederland
is een gevolg van klimaatverandering.
Hoe ontstaat klimaatverandering?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Vidéo

Wat is de grootste bedreiging voor Nederland, die is ontstaan door de klimaatverandering?
A
Tekorten aan drinkwater
B
Verdroging van landbouwgrond
C
Stijgen van de zeespiegel
D
Mislukte oogsten door extreme kou

Slide 7 - Quiz

Het blauwe gedeelte van Nederland op de kaart, zou onder water staan als de zee met 1,80 meter stijgt!

Slide 8 - Diapositive

Weer of klimaat?
We weten dat het klimaat veranderd omdat we jaar in jaar uit de temperatuur meten. Sinds 1900 is het hier +- 1,7 graden warmer geworden. 

Dat lijkt weinig, maar is voor 120 jaar erg veel!

Je moet wel goed het verschil begrijpen tussen weer en klimaat. Als het een keer erg heet of koud is, is niet gelijk het klimaat veranderd. Dat is pas te bewijzen na 30 jaar meten!

Slide 9 - Diapositive

Waar denk je dat het 's zomers in Nederland het heetst is?
A
In het noordwesten
B
In het noordoosten
C
In het zuidwesten
D
In het zuidoosten

Slide 10 - Quiz

Waar denk je dat het 's winters het koudst is?
A
Groningen
B
Noord-Holland
C
Zuid-Holland
D
Zeeland

Slide 11 - Quiz

Klimaatverschillen
Nederland is klein, maar toch zijn er klimaatverschillen. Het is vaak kouder in het noorden en warmer in het zuiden: vanwege de afstand tot de evenaar.

In het westen is het 's zomers koeler en 's winters minder koud dan in het oosten. Dat komt door de invloed van de zee, die in het westen meer aanwezig is. 

In grote landen zijn er natuurlijk veel meer klimaatverschillen!

Slide 12 - Diapositive

Antwoord met juist of onjuist:
Smog is de opeenhoping van vieze luchtvervuiling die blijft hangen in de lucht.

Slide 13 - Question ouverte

Smog is afkomstig van uitlaatgassen en industrie. Als het windstil is, blijft deze viezigheid hangen. Wees dus maar blij met de frisse wind die vaak in Nederland waait!

Slide 14 - Diapositive

Huiswerk
Wat ga je doen?

Kijk je HW van par. 5 na, op. 1,2,3 (antwoorden op SOM).

Lees par. 6 goed door in je leerboek.

Maak op. 1,2,3,4,5,7,8 van par. 6 in je werkboek.
1VV: nakijken HW par. 6 via SOM.

Slide 15 - Diapositive