§3.2 Radioactiviteit en straling

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

H3  STRALING      

§1  Straling en besmetting

begrijpen

H3 Straling

§3.1 Staling en besmetting

Leerdoel

Je weet hoe straling wordt gemeten en kan hiermee rekenen.

Vandaag

- Nakijken en verbeteren huiswerk (10min)

- Herhaling vorige les + checkvraag (5 min)

- Film meest radioactieve plekken ter wereld (15 min)

- Oefen met opgave (15 min)

- Uitleg deel 1 §3.2 (15 min)

- Oefen met opgave (30 min)

Huiswerk §3.1 

Maken, keuze uit:

Leerroute 1:  Begrijpen – 1, 2, 3, 6 en 8

                           Beheersen – 10, 11, 13, 16

Leerroute 2: Begrijpen – 1, 2, 3, 8 en 9

                           Beheersen – 10, 11, 13, 16, 21

Inleveren via opdrachten in ELO

Wat is het verschil tussen een röntgenfoto en een CT-scan?

1. CT-Scan is kleiner
2. CT-Scan is 3D
3. CT-Scan is goedkoper
4. CT-Scan gebruikt meer straling

Je kan een straling badge direct uitlezen.

1. Juist
2. Onjuist
3. Aliens

Aan de slag

Oefenen: Kies je eigen leerroute

Leerroute 1:  Beheersen – 19, 21

                           Verdieping – 22, 23, 24, 25

Leerroute 2:  Verdieping – 22, 23, 24, 25, 26

Leerdoel

§3.2 Radioactiviteit en straling

Je weet wat voor soort straling er vrijkomt bij radioactieve stoffen.

materie 

materie bestaat uit atomen, 

atoom bestaat uit:

• kern = protonen + neutronen
  
• elektronen 
  

• elektronen: negatief geladen
  
• protonen: positief geladen
• neutronen: geen lading

het aantal protonen in de kern bepaalt de stof

notatie van een atoom

C

12

6

notatie van een atoom

                                                       notatie:           of:

protonen + neutronen

protonen = elektronen

                    een atoom is elektrisch neutraal: evenveel + als - 

                    

C

12

6

koolstof-12

notatie van een atoom

                                                       notatie:           of:

protonen + neutronen

protonen = elektronen

                    een atoom is elektrisch neutraal: evenveel + als - 

                    

C

12

6

koolstof-12

11

6

14

6

C

C

https:

Isotopen: 

zelfde aantal protonen 
verschillend  aantal neutronen



sommige isotopen zijn instabiel 

Een instabiele kern vervalt en zendt hierbij straling uit

11

6

C

14

6

C

12

6

C

= radioactief verval

Het instabiele C-14

C-14 is radioactief en instabiel

- 6 protonen

- 8 neutronen

C-14 kan zijn 8ste neutron laten veranderen in een proton en een elektron

Hierbij komt gammastraling vrij

Het instabiele C-14

C

14

6

8ste neutron

14

6

14

7

C

N + 

proton (blijft in de kern)

elektron 

(wordt uit de kern geschoten)

β

Wat voor soort straling?

Verval en activiteit

Bij verval komen een deeltjes vrij

Activiteit van een stof

Hoeveel deeltjes er vrij komen per seconde

Eenheid van activiteit is becquerel (Bq)

Huiswerk §3.1 en 3.2

Leerroute 1:  3.1 Beheersen – 19, 21

                           3.1 Verdieping – 22, 23, 24, 25

                           3.2 Begrijpen – 27 (f,g,h niet), 28, 29, 30, 33

Leerroute 2: 3.1 Verdieping – 22, 23, 24, 25, 26

                           3.2 Begrijpen – 27 (f,g,h niet), 28, 29, 30, 33

Huiswerk inleveren via opdrachten op ELO:

Nodig volgende les!!!

Practicum radioactief verval

Nodig: Per persoon 6 dobbelstenen (d6)

Zorg dat je ze klaar hebt liggen volgende keer.