kt1 chapitre 2, weekplanning 1

• Frans
• Middelbare school

Bonjour
kader/tl-1!

In deze LessonUp zie je de 'weektaak' voor deze week.
(23 - 27 maart) 

Bonne chance (veel succes!)

Groeten van monsieur ter Velde

Planning de la semaine

Aan het einde van de week heb ik: 

- de uitleg over de grammatica gelezen en eventuele aantekeningen gemaakt.
- heb ik, met behulp van de opdrachten, begrepen wat de présent inhoudt en hoe ik deze zelf kan maken.
- heb ik opdracht 16 & 17 gemaakt vanuit het boek.

Expliquer:
grammaire D

In het Nederlands maken we altijd gebruik van het werkwoord ‘lopen’ om te kijken welke vorm je gebruikt bij een werkwoord.
--> Ik loop, jij loopt etc.

In het Frans kennen ze hier ook bepaalde rijtjes voor. Vandaag gaan jullie leren om alle regelmatige werkwoorden op –er te vervoegen.

Dit doen we door middel van het stappenplan.

Grammaire D:
Stap 1: het vinden van de 'stam'

Stap 1:
zoek de stam door -er van het werkwoord af te halen.

Bijvoorbeeld:
donner --> donner --> donn

De stam van dit werkwoord is dus 'donn'.
Door naar stap 2!

Grammaire D:
de uitgangen

Stap 2:
zoek de juiste uitgang in het volgende rijtje.

je + e                   je donne

tu + es                 tu donnes

il/elle/on + e         il/elle/on donne

nous + ons           nous donnons

vous + ez            vous donnez

ils/elles + ent       ils/elles donnent

Samenvatting

Stap 1: haal altijd -er van het hele werkwoord af. Alles wat overblijft, mag je al opschrijven.

Stap 2: kijk in het rijtje met uitgangen en plak de juiste uitgang achter dat wat je al hebt opgeschreven.

Tip:
1 naam --> il/elle of on.--> +e
meerdere namen --> ils/elles --> +ent 

Les devoirs:
FAQ: de antwoorden

Waar kan ik de opdrachten vinden?
Bladzijde 72 t/m 74 van je boek.

Wat als ik bepaalde vragen niet snap?
In de volgende slides vertaal ik de opdrachten voor jullie.

Hoe wordt er gecheckt of ik het heb gemaakt?
Aan het einde van deze LessonUp vraag ik je om foto's in te sturen van je gemaakte werk.

Faire: 
exercice 16 & 17

Belangrijk:
- Lees goed wat je bij elke opdracht moet doen.
- Kijk goed naar de voorbeelden.
- Je krijgt aan het einde van de week antwoorden van mij doorgestuurd, zodat je de opdrachten kan gaan nakijken.
- Werk maximaal 30 minuten aan deze opdrachten.
- Tijdens het spreekuur kan je vragen stellen als je ergens echt niet uit kan komen :)!

Vertalingen:
exercice 16

Exercice 16a:
Maak compleet: kijk goed naar het voorbeeld
Exercice 16b:
Lees de grammatica goed door.
Exercice 16c:
Deze opdracht sla je over en kan je niet maken :).
Exercice 16d:
Vul de werkwoorden parler en chercher in.
Maak gebruik van het stappenplan en kijk goed naar het voorbeeld!

Vertalingen:
exercice 17 (1)

Exercice 17a:
Kijk naar het woord dat direct voor de werkwoorden staat. Welk van de drie schuingedrukte woorden past er in de zin? Onderstreep deze.
Exercice 17b:
Kijk goed naar het voorbeeld en vul de juiste uitgang in.
Maak gebruik van de aantekening of het groene blok op p. 72 van je boek.

Vertalingen:
exercice 17 (2)

Exercice 17c & d:
Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes volgens het stappenplan. Kijk goed naar het voorbeeld!

De vertalingen van de werkwoorden bij 17d.
werken --> travailler
is dol op --> adorer
houdt van --> aimer
vindt --> trouver
vraagt --> demander

Plaats hier je foto van p. 72 van je boek.

Plaats hier je foto van p. 73 van je boek.

Plaats hier je foto van p. 74 van je boek.

Even checken:

Doelen afgelopen week behaald?
Ik heb:

- de uitleg over de grammatica gelezen en eventuele aantekeningen gemaakt.

- heb ik begrepen wat de présent inhoudt en hoe ik deze zelf kan maken.

- heb ik opdracht 16 & 17 gemaakt vanuit het boek.
Volgende week
- Maken: bron A & B + herhalen grammaire D
- Leren: voca A & B