Week 14

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Welcome to our English class!

Meneer Gomez

December 3 , 2024

Unit 2: Creativity

TO DO: Lesson 2 Writing ex 12. Up to 21.

.

Unit 2: Creativity

TO DO: Lesson 1 

Reading: ex. 1 -11

Unit 2:  Lesson 3 Listening and Watching

Exercises 26 - 36

Unit 2:  Lesson 4 -

Speaking

Exercises 38-45

Today´s lesson

Tentamen:

Writing test - December 10

Today´s lesson

Mock exam (proefexamen)

This exam helps you and guide you on how to pass your exam considering the grammar and vocabulary learnt in class. 

Job interview

Schrijf een brief aan je toekomstige baas waarin je het volgende opneemt:

1. Beste meneer Sparrow,

2. Stel jezelf voor.

3. Vertel waarom je voor deze baan hebt gekozen.

4. Vertel over je ervaring als een creatief persoon.

5. Overtuig hem dat jij de beste kandidaat bent voor deze vacature. Vertel dat je iets heel creatiefs hebt gedaan in je vorige werk.

6.Vertel waarom deze baan de beste optie is voor jouw toekomst.

7. Sluit je brief af (Met vriendelijke groet,).

8.Vermeld je naam.

Opdracht

Schrijf minimaal 15 zinnen. Gebruik:

1. De verleden tijd (past simple)

2. De voltooid tegenwoordige tijd (present perfect)

3. De tegenwoordige tijd (present simple)

Tips voor de brief

4. Gebruik ten minste vijf voegwoorden uit de les, zoals: en, maar, omdat, terwijl, zodat, enzovoort.

Zorg dat je de brief netjes en overtuigend schrijft.

Veel succes!

Article

Stel je voor: jij was een journalist bij de Olympische Spelen in Parijs 2024! Je hebt alles van dichtbij meegemaakt en gaat nu een artikel schrijven om jouw ervaringen te delen. Gebruik de onderstaande vragen om je artikel te schrijven.

1. Titel van je artikel

2. Wat heb je gedaan?

03. Hoe begon jouw dag bij de Spelen?

4. Welke sporten of wedstrijden heb je gevolgd?

5. Waar vond het plaats?

6. Hoe ging het?

7. Welke atleten of teams hebben goud gewonnen?

8.Waren er bijzondere momenten met fans?

9. Wat vond jij het leukste om te doen als journalist?

10. Wat maakte deze editie in Parijs zo bijzonder?

Opdracht

Schrijf minimaal 15 zinnen. Gebruik:

1. De verleden tijd (past simple)

2. De voltooid tegenwoordige tijd (present perfect)

3. Voegwoorden - Conjunctions: en, zowel...als, omdat, maar, alhoewel, zodra, totdat, als, tenzij, etc (pagina 164)

Tips for your writing test!

Grammar

1. Past simple (verleden tijd - Goed leren ONREGELMATIGE WW)

Last year I organised an event. 

2. Present Perfect (Voltooid tegewoordige tijd)

I have organised many events.

3. Conjunctions (voegwoorden): maar, nu, zodat, etc. 

But, Although.

Vocabulary

Vocabulary 2.1 - 2.4

 Check all words. Make a list of verbs and adjectives.

Maak een lijst met werkwoorden en bijvoelijke naamwoorden.

Phrases!

Look at 2.2, the most important key phrases are over there. 

Writing

Writing an email

Letter/Email:

 

1. Formal letter:  

https://engxam.com/handbook/how-to-write-a-formal-letter-email-c1-advanced-cae/ 

2. Informal letter: 

https://engxam.com/handbook/how-to-write-an-informal-letter-email-c1-advanced-cae/ 

Writing an article

TITLE

Questions to be answered:

WH - questions.

What?

Where?

When?

Why? 

How? 

How many?

Consequences

Setting: Alone on your iPad

Time: 20 min.

Terror kid

Skellig

Classroom rules

1. Eten/ drinken

2. Telefoon thuis of in de kluis

3. Chromebook opgeladen

4. Te laat komen

5. RESPECT EACH OTHER (LISTEN and ONLY SPEAK WHEN IT IS YOUR TURN!)

What are we going to do today?

Planner

Unit 3: Relationships

.

Grammar

-Relative pronouns

-Passive

-Future

-Auxialiary verbs: Can/Could/be able to/Must/Should/Have to

- Present and Past simple

-Present continuous

Vocabulary 

Vocabulary 3.1 to 3.7

Phrases speaking and writing

Pages 201-202.

Mandatory exercises

UNIT 3

Lesson 1: 

1, 2, 5, 6, 7, 8, 9

Lesson 2:

12, 13, 14, 15, 16, 17, 19

Lesson 3:

23, 26, 27, 28, 30

Lesson 4:

35, 36, 37, 38, 39, 41

These exercises will be checked on the 28th of November of 2024. Not done? You are not allowed to take the writing test! 

Writing exam: December 5 (Week 49

Bring your book and read, at least, 15-20 minutes during class. The exam will be on the 16th of December (Week 51)

Tips for your writing test!

Grammar Unit 3

- Future tenses

- Passive voice

- Auxialiary verbs

- Relative pronouns

- Gerund

Important to remember:

1. How to write an e-mail?

2. Vocabulary 3.1 -3.7

The future 

- The present simple

- The present continuous

- To be + going to + hele ww

- Will/Shall + hele ww

     Present simple future =              he/she/it > ww+(e)s

     Be going to + hele ww =              am/is/are + going to + hele ww

     Present continuous future =     am/is/are + ww +ing

     Future continuous =                      will be + ww + ing

Passive Voice

Passive voice

The robbers stole the bike (active voice)

The bike was stolen by the robbers (passive voice)

Passive 

	Active	Passive
present simple	I do the homework. She eats the apples.	The homework is done (by me). The apples are eaten (by her).
	werkwoord present	am/is/are + voltooid deelwoord
past simple	I did the homework. She ate the apples.	The homework was done (by me). The apples were eaten (by her).
	werkwoord past	was/were + voltooid deelwoord

Filmpje met uitleg
 https://www.youtube.com/watch?v=VcEl2UBMyAY

Oefeningen (klik de links)

1) Verschil tussen active en passive

2) Maak zinnen met present passive

3) Maak zinnen met present of past simple passive

(Present) Passive:

am/are/is + voltooid deelwoord

Active:

A lot of people speak English.

Passive:

English is spoken by a lot of people.

(Past) Passive:

  

was/were + voltooid deelwoord

Active:

Rosa ate all the cookies.

Passive:

All the cookies were eaten by Rosa.

Relative Pronouns

Relative pronouns

who	personen	The girl who stole my bike is awful.
whose	bezittingen	The girl whose bike was stolen is crying.
which	dieren/dingen extra info kan wel weggelaten worden	The old building, which was built in 1595, collapsed yesterday.
that	dieren/dingen extra info kan niet weggelaten worden	The flour that I need for the cake is gone.

can, could, be able to (page 196)

can, could + (be) able to

Can / could / be able to

Can + ww	Could + ww	Be able to + ww
- you can use my phone. - I can ski very well. - She can't work until late.	- Could I open a window, please? - I could already read when I was 4 years old.	- I am able to do a backflip after practising hard. - She was able to study for hours without a break.
- kunnen / mogen / mogelijk zijn - in present simple (tegenwoordige tijd)	- kunnen / mogen / mogelijk zijn in de verleden tijd. - zou kunnen / zou mogen (nette vorm)	- kunnen / in staat zijn - formeler - vaak als iets meer moeite kost / moeilijker is

Modal verbs

MODAL VERBS

Gerund

Een gerund (werkwoord + -ing) gebruik je als een zelfstandig naamwoord.
Je kunt een gerund gebruiken na werkwoorden als:

Love	I love travelling
Stop	They stopped seeing each other.
Start	Abigail always starts planning as soon as she gets homework.
Enjoy	They enjoy swimming.

Verbs of emotion + gerund

De volgorde is dus altijd:

Verb of emotion + gerund

I love cycling

we love cycling

she loves cycling

Een gerund is het hele werkwoord + ing dat als zelfstandig naamwoord wordt gebruikt. Je gebruikt de gerund:

1. als onderwerp van een zin.

Smoking is bad for your health.

Roken in slecht voor je gezondheid.

How to write an email

Letter/Email:

 

1. Formal letter:  

https://engxam.com/handbook/how-to-write-a-formal-letter-email-c1-advanced-cae/ 

2. Informal letter: 

https://engxam.com/handbook/how-to-write-an-informal-letter-email-c1-advanced-cae/ 

See you next lesson!