6V Le Petit Prince

Le Petit Prince, chapitre
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Le Petit Prince, chapitre

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Wat weet je nog over de schrijver?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Lien

Combineer de zinnen  met het juiste hoofdstuk

Slide 5 - Diapositive

chapitre III
chapitre IV
chapitre V
Mais pourquoi veux-tu que tes moutons mangent les petits baobabs ?
Ce qui est bien, avec la caisse que tu m’as donnée, c’est que, la nuit, ça lui servira de maison.
La planète d’où venait le petit prince est l’astéroïde B612

Slide 6 - Question de remorquage

chapitre VI
chapitre VII
chapitre VIII
chapitre IX
Mais non ! Mais non ! Je ne crois rien ! J’ai répondu n’importe quoi. Je m’occupe, moi, de choses sérieuses !
J’aurais dû ne pas l’écouter, me confia-t-il un jour, il ne faut jamais écouter les fleurs. Il faut les regarder et les respirer.
Je crois qu’il profita, pour son évasion, d’une migration d’oiseaux sauvages.
Un jour, j’ai vu le soleil se coucher quarante-quatre fois !

Slide 7 - Question de remorquage

de planeet van Le Petit Prince

Slide 8 - Carte mentale

Le petit prince vertrekt van zijn planeet omdat
A
hij zich verveelt
B
hij genoeg heeft van het gedrag van de roos

Slide 9 - Quiz

De roos die op de planeet van le petit prince woont
A
staat symbool voor volwassenheid
B
staat symbool voor liefde

Slide 10 - Quiz

De Petit Prince barst in huilen uit omdat hij
A
zich pijn heeft gedaan.
B
zich realiseert dat zijn roos misschien wel wordt opgegeten.
C
heimwee heeft.

Slide 11 - Quiz

                      ses caractéristiques
coquette/fière
vaniteuse
fragile et difficile
orgueilleuse
rusée

Slide 12 - Diapositive

Voor hij zijn planeet verlaat
A
maakt de Petit Prince alle vulkanen schoon.
B
zet de Petit Prince een stolp over de bloem.
C
kijkt de Petit Prince nog één keer naar een zonsondergang.

Slide 13 - Quiz

Wat zijn dit voor bomen?

Slide 14 - Question ouverte

Waar staan deze bomen symbool voor?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Diapositive

Wie bezoekt de Kleine Prins achtereenvolgens?

Slide 17 - Question ouverte

De Kleine Prins bezoekt achtereenvolgens:

Een koning
Een ijdeltuit
Een dronkaard
Een zakenman
Iemand die de straatlantaarns ontsteekt
Een geograaf
De aarde


Slide 18 - Diapositive

Symbolen in De Kleine Prins:

Lantaarnopsteker: frivoliteit en traagheid, volgt slechts bevelen op en ontwijkt verantwoordelijkheid
Koning: blind streven naar macht
Dronkaard: vicieuze cirkel
Slang: mysterieus, magisch, dubbelzinnig wezen, het menselijk lot


Slide 19 - Diapositive

De vos: wijsheid en levenservaring
De geograaf: dode kennis
Baobab: slechte bedoelingen en gedachten
Roos: diepe liefde

Slide 20 - Diapositive

Wie ontmoet de Klein Prins als eerste op aarde en waar?
A
De vos in het bos
B
De slang in de woestijn
C
De koning in zijn paleis
D
De geograaf in zijn werkkamer

Slide 21 - Quiz

Hoe eindigt het verhaal?

Slide 22 - Question ouverte

Waar staat de slang symbool voor?
A
het menselijk lot
B
het vergif
C
de leugen

Slide 23 - Quiz

Waar staat de vos symbool voor?
A
De jacht
B
Sluwheid
C
Wijsheid en levenservaring

Slide 24 - Quiz

Wie bezoekt le petit prince in chapitre X?

Slide 25 - Question ouverte

Hoe goed heb je het boekje begrepen?
:) bien
:\ comme ci, comme ça
:( mal

Slide 26 - Sondage