2e brief, K.3

schreiben
macht Spaß
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

schreiben
macht Spaß

Slide 1 - Diapositive

vertaal: op zaterdag

Slide 2 - Question ouverte

vertaal: vandaag

Slide 3 - Question ouverte

vertaal: gisteren

Slide 4 - Question ouverte

vertaal: bovendien

Slide 5 - Question ouverte

vervoeg: er besitzen

Slide 6 - Question ouverte

vul de juiste naamval in: zu (een) Schule

Slide 7 - Question ouverte

vul de juiste naamval in: Ohne (deze) Hände

Slide 8 - Question ouverte

Beoordelingsschema toelichten

Slide 9 - Diapositive

die Aufgabe
Gebruik minimaal 4 verschillende verbindingswoorden!

1. Zorg voor een passende aanhef
2. Bedank hem of haar voor de brief.
3. Vraag hoe het met hem/haar gaat en vertel dat het met jou goed gaat.
4. Vraag wat je vriend/vriendin vorige week gedaan heeft.
5. Vertel dat je in je vrije tijd probeert de daklozen (meervoud +n) te helpen.
6. wekelijks kook je voor hen en dat wordt tot nu toe erg gewaardeerd.
7. Je doel is ooit je eigen restaurant openen (eröffnen).
8. Vertel dat je vandaag de voorstelling moet afzeggen, omdat je koorts hebt.
9. Doe een voorstel voor volgende week, verwerk de volgende punten hierin: welke activiteit wil je met je vriend(in) doen, welke dag, waar, hoe laat afspreken.
10. Vertel dat je absoluut niet wil fitnessen, omdat je al moet trainen op het sportveld.
11. Vraag om een snel antwoord terug en sluit passend af.



Slide 10 - Diapositive

1. Zorg voor een passende aanhef
2. Bedank hem of haar voor de brief.


1. Lieber….,/liebe….,

2. vielen Dank für den Brief/ danke für den Brief. (der Brief)




Slide 11 - Diapositive

3. Vraag hoe het met je vriend/vriendin
gaat en vertel dat het met jou goed
gaat.
timer
0:30

Slide 12 - Question ouverte

4. Vraag wat je vriend/vriendin vorige week
gedaan heeft.
timer
0:30

Slide 13 - Question ouverte

5. Vertel dat je in je vrije tijd probeert de
daklozen (meervoud +n) te helpen.
timer
0:30

Slide 14 - Question ouverte

6. wekelijks kook je voor hen en dat wordt
tot nu toe erg gewaardeerd.
timer
0:30

Slide 15 - Question ouverte

7. Je doel is ooit je eigen restaurant openen
(eröffnen).
timer
0:30

Slide 16 - Question ouverte

8. Vertel dat je vandaag de voorstelling moet
afzeggen, omdat je koorts hebt.
timer
0:30

Slide 17 - Question ouverte

9. Doe een voorstel voor volgende week, verwerk de volgende punten hierin: welke activiteit wil je met je vriend(in) doen, welke dag, waar, hoe laat afspreken. 

Was machst du nächste Woche? / Hast du nächste Woche Zeit/etwas vor? / Hast du nächste Woche schon Pläne?

Ich schlage vor, dass wir uns am Montag um 20:00 Uhr in Gorinchem für eine Veranstaltung treffen.
Wir können zu einer Veranstaltung gehen?
Es findet am …. in … um … statt.
Passt dir Freitag um 15:00 Uhr an dem Eintritt?

Slide 18 - Diapositive

10. Vertel dat je absoluut niet wil fitnessen, omdat je al moet trainen op het sportveld. 

Ich möchte unbedingt nicht/ auf keinen Fall ins Fitnessstudio gehen, weil ich schon auf dem Sportplatz trainieren muss. 

Slide 19 - Diapositive

11. Vraag om een snel antwoord terug en sluit passend af. 

Hoffentlich schickst du mir bald eine Antwort/ bekomme ich schnell eine Antwort/ ich hoffe, dass du mir bald schreibst/ Ich freue mich bald von dir zu hören.

Wir sehen uns bald wieder!

Liebe Grüße/ Viele Grüße/ Alles Gute/Alles Gute und Liebe
Naam




Slide 20 - Diapositive

Du hast es geschafft!

Slide 21 - Diapositive