H1.2 Iran - Les 5: Inzoomen op Teheran

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

IRAN

H1.2: Inzoomen op Teheran

[e-mail]

Wat gaan we doen vandaag?

• Herhaling van belangrijke onderdelen van de vorige les
• Huiswerk nakijken
• Verder met paragraaf 2:

                                   Inzoomen op Teheran

Regels tijdens de les

1. Er is maximaal één iemand aan het woord
2. Je luistert naar elkaar en laat elkaar uitpraten
3. Je hebt voor de tweede bel je boeken voor je neus en zit op je plek
4. Je telefoon zit in je tas

"Voor kaartlezen heb je 4 dingen nodig."

1. Titel
2. Legenda
3. Schaal
4. Noordpijl

Geeft aan hoeveel het gebied op een kaart is verkleind.

1. Titel
2. Schaal
3. Legenda
4. Noordpijl

Wijst altijd naar een bepaalde richting op een kaart

1. Titel
2. Schaal
3. Legenda
4. Noordpijl

Betekenis van de kleuren en symbolen op een kaart

1. Titel
2. Schaal
3. Legenda
4. Noordpijl

Beschrijft het onderwerp van een kaart

1. Titel
2. Schaal
3. Legenda
4. Noordpijl

Lesdoelen van de vorige les

1. Je kunt 6 verschillen benoemen tussen wijken in het noorden en zuiden van Teheran.
2. Je kunt 5 schaalniveaus benoemen.
3. Je kunt benoemen welk schaalniveau bij een kaart hoort.

CHECK HUISWERK

1 + 2 van H1.2

              We lezen eerst samen

de paragraaf door

pagina 10 + 11                     

Lesdoel 3 & 4

Je kunt 5 schaalniveaus benoemen.

Je kunt benoemen welk schaalniveau bij een kaart hoort.

Schaalniveaus

"De schaal waarop je naar de wereld kijkt: lokaal, regionaal, nationaal, continentaal of mondiaal."

<< Neem over in je schrift

De lokale schaal heeft alleen een stad

De regionale schaal zit tussen een stad en een land

De nationale schaal laat een land zien

Een continentale schaal zit tussen een land en de hele wereld

De mondiale schaal laat de hele wereld zien

Open je lesboek en schrift

• Zoek 5 kaarten in hoofdstuk 1 die allemaal een verschillend schaalniveau hebben.
• Schrijf achter de schaal de figuur/bron en de titel:

Lokale schaal: 

Regionale schaal:

Nationale schaal:

Continentale schaal:

Mondiale schaal:

Benoem het schaalniveau:
Kaart van de V.S.

1. Regionaal
2. Nationaal
3. Continentaal
4. Mondiaal

Benoem het schaalniveau:
Kaart van Texas

1. Regionaal
2. Nationaal
3. Continentaal
4. Mondiaal

Benoem het schaalniveau:
Kaart van Friesland

1. Regionaal
2. Nationaal
3. Continentaal
4. Mondiaal

Benoem het schaalniveau:
Kaart van Zuid-Amerika

1. Regionaal
2. Nationaal
3. Continentaal
4. Mondiaal

Aan de slag!

• Je leest de tekst op pagina 10/11 in je lesboek.
• Je maakt de opdracht 5 t/m 7 in je werkboek.

Regels wanneer je aan het werk bent:

• Je mag samenwerken maar wel fluisterend.
• Wanneer je een vraag hebt steek je je vinger op.
• Je leest eerst goed de vraag en tekst voor je een vraag stelt.

Je hebt tot het einde van de les, de rest is huiswerk!

Lesdoelen van vandaag

1. Je kunt 4 kenmerken van een stadscentrum benoemen.
2. Je kunt 4 kenmerken van een buitenwijk benoemen.
3. Je kunt 5 schaalniveaus benoemen.
4. Je kunt benoemen welk schaalniveau bij een kaart hoort.

Huiswerk

Voor de volgende les heb je 6 t/m 9 + 11 af van paragraaf 2.