3 basis - § 4.2 Krachten tekenen
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
In een tekening kun je met een ........................................ laten zien waar een kracht werkt. Het ..................................... van de pijl is de plaats waarop de kracht werkt. Die plaats noem je het ......................................... van de kracht.
De pijl wijst in de ......................................... van de kracht. De lengte van de pijl laat de ................................................. van de kracht zien.
Een korte pijl betekent een ................................................kracht.
pijl
begin
aangrijpingspunt
richting
grootte
kleine
Text
Text
Text
Text
Text
Text
Slide 2 - Question de remorquage
De eenheid van kracht is .......
Slide 3 - Question ouverte
1 newton kort je af als ........
Slide 4 - Question ouverte
In de natuurkunde gebruik je een symbool om een kracht aan te geven
Het symbool voor kracht is
.................
Het symbool voor kracht is
.................
Slide 5 - Question ouverte
Een kracht heeft een grootte van 800 newton.
Hoe schrijf je dat op met de afkortingen voor kracht en voor newton?
Hoe schrijf je dat op met de afkortingen voor kracht en voor newton?
Slide 6 - Question ouverte
Een kracht teken je met een ..................................
Bij de pijl schrijf je een ..................................
Daarmee laat je zien dat de pijl een ..................................
voorstelt.
De grootte van de kracht kun je zien aan de .................................. van de pijl.
pijl
lengte
kracht
F
Text
Text
Text
Text
Slide 7 - Question de remorquage
Hoe heet de afspraak over de kracht en de lengte van de pijl?
Slide 8 - Question ouverte
Wat betekent het teken ≙?
Slide 9 - Question ouverte
Je kunt de krachtenschaal korter opschrijven.
Je zegt bijvoorbeeld:
1 centimeter komt overeen met 50 newton.
Hoe schrijf je dit zo kort mogelijk op?
Je schrijft: .....
Je zegt bijvoorbeeld:
1 centimeter komt overeen met 50 newton.
Hoe schrijf je dit zo kort mogelijk op?
Je schrijft: .....
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Je hebt een pijl getekend van 4 cm. Als krachtenschaal gebruik je: 1 cm komt overeen met 10 N.
Hoe groot is de kracht die je hebt getekend?
Hoe groot is de kracht die je hebt getekend?
Slide 12 - Question ouverte
Maak opdracht 12
En geef het antwoord met N erachter
En geef het antwoord met N erachter
Slide 13 - Question ouverte
Maak opdracht 13
En geef het antwoord met N erachter
En geef het antwoord met N erachter
Slide 14 - Question ouverte
Maak opdracht 14
En geef het antwoord met N erachter
En geef het antwoord met N erachter
Slide 15 - Question ouverte
Maak opdracht 15
En geef het antwoord met cm erachter
En geef het antwoord met cm erachter
Slide 16 - Question ouverte
Maak opdracht 16
En geef het antwoord met cm erachter
En geef het antwoord met cm erachter
Slide 17 - Question ouverte
Maak opdracht 17
En geef het antwoord met cm erachter
En geef het antwoord met cm erachter
