Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Lesdoelen
Ik kan verschillende soorten mengsels (suspensie, oplossing, emulsie, schuim, nevel en rook) benoemen en kan daarbij verschillende uiterlijke kenmerken van het mengsel benoemen
Ik kan benoemen wat een emulgator is en kan minimaal 2 voorbeelden benoemen
Slide 2 - Diapositive
Wat is ook alweer een zuivere stof?
Slide 3 - Question ouverte
Welke drie fase zijn er?
Slide 4 - Question ouverte
Wat is een ook alweer een mengsel?
Slide 5 - Question ouverte
Welke mengsels ken je?
Slide 6 - Carte mentale
Mengsels
Een mix van 2 of meer stoffen (molecuul soorten) bij elkaar.
Slide 7 - Diapositive
Soorten mengsels
Suspensie
Oplossing
Emulsie
Schuim
Nevel
Rook
Slide 8 - Diapositive
Suspensie
Vaste stof in een vloeistof.
troebel
Kunt er niet door heen kijken.
Lost niet op.
Vaste stof zakt vaak naar beneden.
Slide 9 - Diapositive
Oplossing
Een stof in een vloeistof
helder (kan kleur hebben)
kunt er doorheen kijken
Als je het mengsel laat staan, zal die zo blijven.
Slide 10 - Diapositive
Emulsie en emulgator
Vloeistof in een vloeistof.
troebel (wanneer proberen te mengen)
gaat snel weer terug in 2 lagen.
tweelagensysteem
Emulgater laat een emulsie mengen.
zeep, eigeel
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Rook / nevel
Rook
Vaste stof in gas.
Nevel
vloeistof in een gas.
Mist
Slide 13 - Diapositive
Schuim
gas in vloeistof
bellen
Slide 14 - Diapositive
pH (zuurtegraad)
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
rekenen met pH
pH = 0 --> 100 = concentratie 1 H+
pH = 4 -->10-4 = concentratie 0,0001 H+
Slide 17 - Diapositive
pH papier (meten van pH in oplossingen
Slide 18 - Diapositive
Bij welk 'mengsel' gaan de twee vloeistoffen uit elkaar?
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie
D
nevel
Slide 19 - Quiz
Welke stof wordt vaak gebruikt om zure oplossingen te neutraliseren?
A
een stof met lage pH
B
een stof met hoge pH
C
een stof met neutrale pH
D
water
Slide 20 - Quiz
Wat is de pH-waarde van een neutrale oplossing?
A
1
B
14
C
10
D
7
Slide 21 - Quiz
Wat moet je toevoegen aan een emulsie om het te laten mengen?
Slide 22 - Question ouverte
Welk mengsel bestaat uit een gas en een vaste stof?