Nieuw Nederlands 1vwo Fictie Hfd 2

Lesdoel
  • Wat is fictie? 
  • Beoordelen / beoordelingswoorden 
  • Genre 
  • Hoofd- en bijpersonen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Lesdoel
  • Wat is fictie? 
  • Beoordelen / beoordelingswoorden 
  • Genre 
  • Hoofd- en bijpersonen

Slide 1 - Diapositive

Waar denk je aan bij het woord fictie?

Slide 2 - Carte mentale

Fictie 



Verzonnen werkelijkheid;

Boeken, strips, films en gedichten;

Gebeurtenissen en hoofdpersonen zijn bedacht.

Doel: amuseren

Slide 3 - Diapositive

Zakelijke tekst




Teksten in schoolboeken en kranten zijn meestal geen fictie
Doel: informeren

Slide 4 - Diapositive

Beoordelen
Bij een boekverslag/boekenpitch moet je vaak vertellen wat je vindt van een boek.

Hier kun je beoordelingswoorden voor gebruiken.

Slide 5 - Diapositive

Beoordelingswoorden

Slide 6 - Carte mentale

Bekijk het filmpje
Bepaal voor jezelf wie de hoofdpersoon is.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Hoofdpersonen en bijpersonen
Niet alle personages zijn even belangrijk in het verhaal.
Denk maar aan je eigen favoriete televisieserie.

Slide 9 - Diapositive

Hoofdpersoon
De belangrijkste persoon in het verhaal.
Je komt veel te weten over deze persoon. En leert hem of haar steeds beter kennen.
Ze reageren niet voorspelbaar.

Slide 10 - Diapositive

Bijpersonen
Worden eenvoudig beschreven in het verhaal.
Uiterlijk krijgt veel aandacht.
Hebben vaak maar één eigenschap.

Slide 11 - Diapositive

Genre
Categorie;
Tot een genre behoren boeken met een aantal gemeenschappelijke kenmerken.
Bijvoorbeeld: oorlog, liefde, historie(geschiedenis)

Slide 12 - Diapositive

Lees tekst 1, bladzijde 81
Wat is het onderwerp van deze tekst?

Slide 13 - Carte mentale


Het onderwerp van deze tekst is: de bijzondere wedstrijd tussen Ajax en Liverpool in 1966

Slide 14 - Diapositive

Noem drie dingen waarvan je kunt controleren of ze echt gebeurd zijn.

Slide 15 - Question ouverte

Wat voor soort tekst is het?
A
kort verhaal
B
krantenbericht
C
mop
D
verslag

Slide 16 - Quiz

Wat is het belangrijkste doel van deze tekst?
A
De lezer vermaken
B
De lezer informatie geven

Slide 17 - Quiz