Ijsberen.

1 / 24
suivant
Slide 1: Vidéo
BiologieBasisschoolGroep 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 9 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Slide 2 - Vidéo

Wat weet je allemaal al van de Ijsbeer?

Slide 3 - Question ouverte

Waar wonen de ijsberen?
De meeste ijsberen vind je aan de noordpool. Je vindt ze vooral aan het pakijs en open wateren. Ijsberen kunnen heel goed zwemmen. Ze kunnen onderduiken en 2 minuten onder water blijven. Ze zijn alle dagen actief en zoeken dan naar voedsel. De mannetjes leven alleen. De vrouwtjes met hun welpen leven dicht in de buurt bij zeehonden, voor het voedsel. 

Slide 4 - Diapositive

Waar leeft de ijsbeer?
A
in Friesland
B
op de Noordpool
C
op de Zuidpool
D
zojuist nog bij de kapstok gezien!

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Vidéo

Familie

Familie 
De ijsbeer is een zoogdier, dit wil zeggen dat hun jongen levend op de wereld worden gezet en dat ze hun jongen zogen.
De ijsbeer is ook een roofdier. Daar bedoel ik mee dat ze op levende dieren jagen.
De ijsbeer familie van de beren zoals bijvoorbeeld de “grizzlybeer, de bruine beer de pandabeer en de koalabeer.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Voortplanting.
  • ijsberen paren in de lente. Voornamelijk April
  • vrouwtjes krijgen om de drie jaar jongen.
  • ze zijn ongeveer 8 maanden zwanger. 
  • de berin leeft de hele zomer op het ijs en trekt zich in de winter terug in een sneeuwhol. 
  • De kleintjes worden naakt geboren. 


Slide 9 - Diapositive

jongen.
De kleintjes van de ijsbeer worden welpen genoemd. Ze worden naakt, blind en doof geboren. Meestal worden ze als tweeling geboren. Bij de geboorte zijn ze ongeveer zo groot als een rat en wegen slechts 450 tot 900 gram. De eerste levensdagen blijven ze in het sneeuwhol dicht bij de moeder. Ze hechten zich  vast onder de voorpoten op okselhoogte. Daar is de meeste warmte te vinden. Ze hebben al snel een volgroeide vacht. Snel zullen ze mee op voedseljacht trekken.

Slide 10 - Diapositive

Voedsel
  • Ijsberen gaan op jacht. Ze gebruiken hun poten en klauwen om de prooi te doden. 
  • Ze gebruiken de klauwen ook om zich vast te hechten op gladde ondergronden. 
  • In de zomer eten ze soms planten.
  • Meestal eten ze zeehonden. Daarnaast nog vis, zeevogels en soms de eieren hiervan. 

Slide 11 - Diapositive

Hoe komt het dat het ijs zo snel smelt op de Noordpool?

Slide 12 - Question ouverte

Hoe koud is het op de Noordpool?
A
Geen idee!
B
ongeveer 30 graden
C
ongeveer - 30 graden
D
Ongeveer rond het vriespunt.

Slide 13 - Quiz

Hoe lang kunnen ijsberen onder water blijven?
A
Een minuut of 5
B
Ongeveer 30 seconden
C
Ze kunnen helemaal niet onder water blijven.
D
Een minuut of 2.

Slide 14 - Quiz

Welke zin is waar?
A
Zoogdieren vinden het moeilijk om het warm te krijgen.
B
Zoogdieren zijn warmbloedig.
C
Zoogdieren zijn koudbloedig.
D
Zoogdieren leggen eieren die ze zelf uitbroeden.

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Vidéo

Vijanden van de ijsbeer.
De mens is de enige vijand van de ijsbeer. De eskimo’s jagen op ijsberen voor hun vlees en hun pels. De lange hoektanden worden gebruikt als versiering. Van de vacht maakt men dekens, jassen en broeken. Al het vlees wordt opgegeten, behalve de lever, die bevat giftige eigenschappen. Eskimo’s jagen niet voor hun plezier maar wel om te kunnen overleven.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Om de hoeveel jaar krijgen de vrouwtjes jongen?
A
1 jaar
B
2 jaar
C
3 jaar
D
4 jaar

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Vidéo

Wat is de grootste vijand van de ijsbeer?
A
Dolfijnen.
B
Mensen
C
Walrussen
D
Pinquins.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Vidéo