Elektriciteit

Stroomrichting
De stroom loopt altijd van + naar -
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NaskMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Stroomrichting
De stroom loopt altijd van + naar -

Slide 1 - Diapositive

De diode
Een diode kan de stroom maar in 
1 richting 'doorlaten'. 

Als je een diode aansluit op een
batterij (gelijkspanning) dan moet
je de diode in de juiste richting aansluiten.
Een diode kent een 'doorlaatrichting' en een 'sperrichting'.

Slide 2 - Diapositive

Diode en LED
Diode
  • Een weerstandje die de stroom in een richting doorlaat
LED
  • Een diode die licht geeft. 

Slide 3 - Diapositive

Capaciteit
De capaciteit van een batterij geeft aan hoeveel energie er in opgeslagen kan worden. 

Een iPhone 13 batterij heeft een capaciteit van 3.722 mAh 

Slide 4 - Diapositive

rekenen met Capaciteit
  • Capaciteit is de totale hoeveelheid energie die een accu kan leveren.
  • Eenheid van capaciteit is ampère -uur (Ah)
  • capaciteit van batterij in milli-ampère-uur (mAh)
  • capaciteit = stroomsterkte x tijd

  • Bereken de capaciteit van een accu die 5 uur lang 9 A kan leveren?
  • capaciteit = stroomsterkte x tijd = 9 A x 5 uur = 45 Ah

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld capaciteit
Capaciteit:
30 Ah
Capaciteit:
60 Ah

Slide 6 - Diapositive

Wat is elektrisch vermogen?

De hoeveelheid energie die per seconde wordt gebruikt

Symbool: P
Eenheid: Watt (w)

Slide 7 - Diapositive

Elektrisch vermogen


Elektrisch vermogen kun je ook uitrekenen met de spanning U en de stroom I:
P = U x I (in Watt)
U = P /  I (in Volt)
I = P / U (in Ampere)

Slide 8 - Diapositive

Maak:
Boek B: Elektriciteit stroom & spanning
Opdracht 1 t/m 14
start op blz 14 

Slide 9 - Diapositive

Transformator
2
3
4
1

Slide 10 - Diapositive

Transformatorstation
Transformatorhuisje

Slide 11 - Diapositive

transformator

Slide 12 - Diapositive

Transformator
Om de spanning te veranderen gebruik je een transformator.

Slide 13 - Diapositive

De transformator
een transformator werkt met spoelen:

Simulatie!

Slide 14 - Diapositive

Koppel de juiste schakelsymbolen
Relais
NTC
LDR
Zoemer
Diode
LED
Condensator
Transformator

Slide 15 - Question de remorquage

Elektriciteitscentrale
Hoogspanningsmasten
Transformatorstation
Transformatorhuisje

Slide 16 - Question de remorquage

Spanningsbron (een plek waar stroom vandaan komt)
Een apparaat wat stroom verbruikt

Slide 17 - Question de remorquage

Zet in de juiste volgorde van laag vermogen naar hoog vermogen
minste vermogen
meeste vermogen

Slide 18 - Question de remorquage

Als je je telefoon oplaad zitten er 4 transformatoren tussen de energiecentrale en jouw telefoon. Transformeren deze nu juist omhoog of omlaag? En naar welke spanningen is dit dan? tip: bekijk je boek!
Transformator in...
Omhoog of omlaag?
transformeert van...
transformeert naar..
de energiecentrale
20000 V
Transformatorstation
Transformatorhuisje
Adapter van je telefoon
10 V
Omlaag
Omlaag
Omlaag
Omhoog
380000 V
380000 V
10000 V
10000 V
230 V
230 V

Slide 19 - Question de remorquage

Np = 10            Ns = 20                       Np = 3               Ns = 12
Verschil = 10 windingen                Verschil = 9 windingen
2x zoveel windingen                           4x zoveel windingen
Up = 5V
welke maakt de grootste Us ?

Slide 20 - Diapositive