BRD vs DDR 1949 - 1989

BRD vs DDR 1949 - 1989
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

BRD vs DDR 1949 - 1989

Slide 1 - Diapositive

De economische successen na 1949 worden in de BRD het Wirtschaftswunder genoemd
A
ja
B
nee

Slide 2 - Quiz

De DDR en de BRD waren
41 jaar lang - van 1949 - 1990 -
van elkaar gescheiden.
A
Goed
B
Fout

Slide 3 - Quiz

DDR en BRD werden (jaartal) opgericht?
A
Beide in 1945
B
DDR in 1945 en BRD in 1949
C
BRD in 1945 en DDR in 1949
D
Beide in 1949

Slide 4 - Quiz

Wanneer begint volgens jullie de koude oorlog?
Let op! Het gaat om de argumentatie
A
1917, Russische Revolutie
B
1945, conferentie van Potsdam
C
1949, Oprichting DDR en BRD
D
1948, blokkade van Berlijn

Slide 5 - Quiz

5 gebeurtenissen. Welke 3 gebeurden er in 1949?
1. Oprichting NAVO
2. Oprichting Warschau-pact
3. Oprichting DDR
4. Oprichting BRD
5. West-Duitsland wordt lid van de NAVO
A
1,2 en 4
B
1, 3 en 4
C
2, 3 en 4
D
1, 4 en 5

Slide 6 - Quiz

Wie is de persoon op de foto?
A
Willie Brandt, burgemeester West-Berlijn
B
Breznjev, leider Sovjet-Unie
C
Konrad Adenauer, kanselier BRD vanaf 1949
D
Michael Gorbatsjov, leider Sovjet-Unie

Slide 7 - Quiz

De oostelijke bezettingszone vormt de DDR en de westelijke de BRD in 1949
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

wat werd er eerst opgericht?
A
BRD 1947
B
BRD 1949
C
DDR 1947
D
DDR 1949

Slide 9 - Quiz

Bundesrepublik Deutschland (der Westen)
die Sozialistische Einheitspartei. Regierende kommunistische Partei der DDR von 1949 bis 1990.
die deutsche demokratische Republik
die Volkspolizei (Polizei der DDR)
Ministerium für Staatssicherheit (geheime dienst van de DDR)
die Sowjetische Besatzungszone, kurz: "die Zone" - wurde als Synonym für DDR verwendet.
BRD
SBZ
DDR
SED
VOPO
Stasi

Slide 10 - Question de remorquage

Die DDR
Die BRD

Slide 11 - Question de remorquage

Westen
Oosten
Warschaupact
NAVO
DDR
BRD

Slide 12 - Question de remorquage

Economische verschillen DDR en BRD 
BRD
DDR
EGKS
Comecon
Wirtschafswunder
herstelbetalingen

Slide 13 - Question de remorquage

In welk jaar ontstond de DDR?
In welk jaar werd de Berlijnse muur gebouwd?
Wat was de hoofdstad van de DDR?
In welk jaar viel de muur?
Wanneer werd de DDR opgeheven?
1949
1961
Berlijn
Oost-Berlijn
1988
1989
3. Oktober 1994
3. Oktober 1990

Slide 14 - Question de remorquage

DDR
BRD

Slide 15 - Question de remorquage

BRD
DDR

Slide 16 - Question de remorquage

DDR
Communistisch
BRD
Kapitalistisch
Democratisch
Dictatuur

Slide 17 - Question de remorquage

De val van de Berlijnse Muur was in
A
1987
B
1988
C
1989
D
1990

Slide 18 - Quiz

Wat was de Berlijnse Muur?
A
een muur die een oorlog in Duitsland voorkwam
B
Een muur die door de VN werd gebouwd na de WOll
C
een muur in Duitsland met verdere geen betekenis
D
een muur die werd gebouwd om oost en west Duitsland te scheiden

Slide 19 - Quiz

De Berlijnse Muur
A
1945 - 1961
B
1961 - 1989
C
1961 - 1991
D
1989 - 1991

Slide 20 - Quiz

Wat is NIET waar over de Berlijnse Muur?
A
Het was een idee van de BRD
B
De Berlijnse Muur sloot het IJzeren Gordijn volledig
C
De Berlijnse Muur werd gemaakt zonder overleg tussen BRD en DDR
D
De Berlijnse Muur is hét symbool voor de Koude Oorlog

Slide 21 - Quiz

Ostpolitik streefde naar Duitse hereniging ...
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 22 - Quiz

De ostpolitik kwam van
A
de burgemeester van Berlijn
B
Adenauer
C
Ulbricht
D
Brandt

Slide 23 - Quiz

Ostpolitik .....
A
erkent DDR NIET als gelijkwaardige staat
B
bezoekersregeling BRD en DDR
C
erkent grenzen in Oost-Europa

Slide 24 - Quiz

De Ostpolitik was een reactie op het beleid van
A
Adenauer
B
Truman
C
Honecker
D
Stalin

Slide 25 - Quiz

Wie moet je verbinden met de Ostpolitik
A
Honecker
B
Hitler
C
Stalin
D
Brandt

Slide 26 - Quiz

De Ostpolitik van Willy Brandt was ...
A
een voortzetting van de buitenlandse politiek van zijn voorganger Konrad Adenauer
B
een poging om de West-Duitse grens naar het oosten te verleggen
C
Het streven om de relatie de DDR te verbeteren, waarna misschien een Duitse hereniging dichterbij kwam
D
een beleid dat erop gericht was het oosten van Duitsland te ontwikkelen.

Slide 27 - Quiz

Wat was het gevolg van de Ostpolitik op de lange termijn?
A
Een snellere hereniging van Duitsland na 1989
B
Het Oost-Duitse bestuur werd steeds onpopulairder
C
Er kwamen grote demonstraties in Berlijn
D
Willy Brandt werd 'de kanselier van de eenheid'

Slide 28 - Quiz

Wat veranderde er niet door de Ostpolitik van Willy Brandt?
A
De politieke betrekkingen (verhoudingen) tussen de BRD en DDR
B
De relatie tussen de BRD en de Oostblokstaten
C
De relatie tussen de BRD en het Westen
D
De ideologische verschillen tussen de BRD en DDR

Slide 29 - Quiz

wat hoort niet bij Ostpolitik?
A
Brandt
B
Erkenning
C
Betere relatie met Oostblok
D
Ulbricht

Slide 30 - Quiz

Welke bewering over de Ostpolitik is onjuist?
A
Ondanks tegenwerking van de Sovjet-Unie slaagden Willy Brandt en Erich Honecker erin om de relatie tussen West- en Oost-Duitsland enigszins te verbeteren.
B
In de Ostverträge werd vastgelegd dat de Duitse oostgrens op termijn opnieuw moest worden vastgesteld.
C
De meeste politici in de BRD waren positief over de Ostpolitik, maar vonden de relatie tussen West-Duitsland en andere West-Europese landen toch belangrijker.
D
De Ostpolitik leverde Willy Brandt een Nobelprijs voor de Vrede op.

Slide 31 - Quiz