Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Examentraining Nederlands Vmbo
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Introductie
In deze les leer je hoe je omgaat met examenwoorden en signaalwoorden tijdens een Nederlands examen Vmbo.
Slide 2 - Diapositive
Introduceer de les aan de studenten.
Wat zijn examenwoorden?
Examenwoorden zijn woorden die je gebruikt om informatie te verstrekken over een tekst. Ze zijn van groot belang om een volledig antwoord op een examenvraag te kunnen geven.
Slide 3 - Diapositive
Geef een korte uitleg van wat examenwoorden zijn.
Voorbeelden van examenwoorden
Voorbeelden van examenwoorden zijn begrippen zoals 'karakteriseren', 'vergelijken' en 'argumenteren'. Deze woorden helpen je om een antwoord te geven op een examenvraag.
Slide 4 - Diapositive
Geef voorbeelden van examenwoorden en leg uit waarom ze nuttig zijn.
Wat zijn signaalwoorden?
Signaalwoorden zijn woorden die aangeven wat er van je gevraagd wordt in een examenvraag. Ze staan vaak in de vraag zelf maar kunnen ook samenhangen met het antwoord dat je moet geven.
Slide 5 - Diapositive
Geef een korte uitleg van wat signaalwoorden zijn.
Voorbeelden van signaalwoorden
Voorbeelden van signaalwoorden zijn 'beschouwen', 'verklaren' en 'vergelijken'. Deze woorden helpen je om te begrijpen wat er van je gevraagd wordt.
Slide 6 - Diapositive
Geef voorbeelden van signaalwoorden en leg uit waarom ze nuttig zijn.
Oefening
Laten we wat oefenen met examenwoorden en signaalwoorden. We gaan een aantal voorbeeldvragen doorlopen en de relevante woorden zoeken.
Slide 7 - Diapositive
Het is handig als je dit als een interactieve activiteit in de les doet.
Waarom zijn examenwoorden belangrijk?
A
Om de vraag te begrijpen
B
Om vragen te beantwoorden
C
Om antwoorden te vinden
D
Om de betekenis van de vraag te begrijpen
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is een examenwoord?
A
Een woord dat niet voorkomt in een examen
B
Een woord dat je gebruikt om een examen te slagen
C
Een woord dat een bepaalde betekenis heeft in een examen
D
Een woord dat vaak voorkomt in examens
Slide 9 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Samenvatting
We hebben geleerd wat examenwoorden en signaalwoorden zijn en hoe we deze kunnen toepassen in voorbeeldvragen. Wanneer je deze woorden hebt geïdentificeerd kun je beter en gedetailleerder antwoorden op examenvragen geven.
Slide 10 - Diapositive
Geef een samenvatting en voer een korte discussie over de les.
Opdracht
Voor je volgende examen moet je een aantal voorbeeldvragen maken met examenwoorden en signaalwoorden. Geef deze vraag als opdracht aan je studenten.
Slide 11 - Diapositive
Geef de studenten de opdracht mee om een aantal voorbeeldvragen met examenwoorden en signaalwoorden te maken.