dubbelop 4HV

Formuleren - Dubbelop
4HV  
H7, Formuleren, paragraaf 1
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Formuleren - Dubbelop
4HV  
H7, Formuleren, paragraaf 1

Slide 1 - Diapositive

Vandaag:
  • Uitleg: formuleerfouten > dubbelop
  • Zelfstandig werken aan weektaak 


Doel: aan het einde van deze les ken ik de belangrijkste Dubbelop-fouten en kan ik sommige al herkennen in een zin. 

Slide 2 - Diapositive

Wat zou er bedoeld worden
met 'dubbelop'-fouten?
Ken je misschien een voorbeeld?

Slide 3 - Carte mentale

Formuleren - Dubbelop
Na vandaag: Ik kan de verschillende dubbelop-fouten in een zin of tekst herkennen. 

Slide 4 - Diapositive

Teveel 'dubbelop' / herhaling zorgen voor onbegrip. Wat wordt er nu eigenlijk gezegd?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

Onjuiste herhaling
  • Een vast voorzetsel wordt ten onrechte twee keer gebruikt.

- Op die luie jongen zou dat meisje nooit verliefd op worden. 

- Aan dat gepraat over voetbal elke avond heb ik
ook een hekel aan. 



Slide 8 - Diapositive

Tautologie
  •  Er wordt met verschillende woorden twee keer precies hetzelfde uitgedrukt. Deze woorden behoren wel tot hetzelfde woordsoort.

Zij wilden naar huis, maar het probleem was echter dat de trein niet reed.



Slide 9 - Diapositive

Pleonasme
  • Met een pleonasme zeg je twee keer hetzelfde met verschillende woorden. Deze woorden behoren niet tot dezelfde woordsoort. 

- De gele zonnebloem.
- De mannelijke leraar.
- De witte sneeuw.

Slide 10 - Diapositive

Contaminatie
  •  Als je twee woorden of uitdrukkingen ten onrechte vermengt, spreek je van een contaminatie. 

- Deze computer kost duur (kost veel of is duur).
- Ik zal dat nachecken (nakijken of checken).
Hij kreeg ongenadeloos op zijn kop. (ongenadig of genadeloos)

Slide 11 - Diapositive

Dubbele ontkenning

  • Een ontkennend woord (soms: werkwoord) gecombineerd met een tweede ontkenning.

- Wij hebben nooit geen problemen (nooit of geen).
- De schoolleiding wil voorkomen dat er geen introducees op het feest komen (voorkomen of geen). 
-Ik ben daar nooit niet geweest (nooit of niet).


Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

'Aan dat gepraat over voetbal op zaterdagavond heb ik een hekel aan.' Er is hier sprake van:
A
Onjuiste herhaling
B
Tautologie
C
Dubbele ontkenning
D
Contaminatie

Slide 14 - Quiz

'Er staan gele boterbloemen in de tuin.' Er is hier sprake van:
A
Dubbele ontkenning
B
Tautologie
C
Pleonasme
D
Onjuiste herhaling

Slide 15 - Quiz

'Wij hebben nooit geen problemen.' Er is hier sprake van:
A
Onjuiste herhaling
B
Tautologie
C
Contaminatie
D
Dubbele ontkenning

Slide 16 - Quiz

Vragen?

Slide 17 - Diapositive

Heb je de stof begrepen? Zou je nog extra uitleg over iets willen?

Slide 18 - Question ouverte

Aan de slag! 
Hoofdstuk 7, Formuleren, paragraaf 1,
opdr. 1-2-3

 

Slide 19 - Diapositive