2.4 Ontstaan Christendom (1/3)

Het ontstaan  Christendom 2.4 
Tijdvak 2 Grieken & Romeinen (3000 v.Chr. tot 500 n.Chr.) 

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Het ontstaan  Christendom 2.4 
Tijdvak 2 Grieken & Romeinen (3000 v.Chr. tot 500 n.Chr.) 

Slide 1 - Diapositive

Programma 
1. Voorkennis  leerdoel & 10 11                                                 (10 min)
2. Instructie leerdoel 11 & 12                                                         (5 min)
3. Verhaal: Het ontstaan van het Christendom                   (5 min)
4. Leerdoelen & huiswerk                                                              (20 min)
5. Herhaling                                                                                          (5 min) 

Slide 2 - Diapositive

Surfen!
1. Ga naar LessonUp.com
2. Vul de lesCode in die op het bord staat.

Slide 3 - Diapositive

Weten we nog? 
Leerdoelen les 2 - Romeinse samenleving
10. Ik kan vijf sociale lagen uit de Romeinse samenleving beschrijven. 

11. Ik kan twee voorbeelden noemen van de Grieks-Romeinse cultuur.
 

Slide 4 - Diapositive

11. Je kunt uitleggen wie de macht had in de Romeinse Republiek. 
Romeinen joegen koning weg! 
  • Rome werd een Republiek: een land zonder koning. 
  • Bestuur door Senaat: groepje rijke mannen uit machtige families. 
  • En Consuls: de belangrijkste bestuurders van Rome EN legeraanvoerders! 
  • Julius Caesar (Consul) werd zo machtig dat de Senaat hem in 44 v.Chr. liet vermoorden. 

Slide 5 - Diapositive

12. Je kunt uitleggen wie de macht had in het Romeinse keizerrijk.

  • Kreeg de Senaat de macht terug?  
  • Nee! Geadopteerde zoon van Caesar:  Augustus versloeg alle tegenstanders. En kreeg vanaf 27 v.Chr. de macht in het Romeinse rijk. Noemde zichzelf Caesar (Keizer) 
  • Rust, vrede en welvaart voor het keizerrijk van Rome voor maar liefst 200 jaar! 

Slide 6 - Diapositive


Wie waren er machtiger:
De 2 consuls of de senaat? (doel 8)
A
De consuls, want zij mochten besluiten nemen en rechtspreken.
B
De senatoren, want zij kozen de consuls, en bleven voor hun hele leven in de senaat.

Slide 7 - Quiz

Dankzij keizer Augustus begon de 'Pax Romana'. Wat was dat ook alweer? (doel 9)
A
Een tijd van veel oorlogen!
B
Een tijd van rust en vrede!
C
Een Romeinse verkiezing om keizer te worden.
D
Een Romeinse sportwedstrijd.

Slide 8 - Quiz

10. Ik kan vijf sociale lagen uit de Romeinse samenleving beschrijven.
1. Hoogst
2. 
3. 
4. 
5. Laagst 
Rijke bovenlaag: families met macht 
Boeren op het platteland
Handelaren & ambachtslieden (steden) 
Armen zonder werk: sjouwen
Slaven 

Slide 9 - Question de remorquage

Bekijk de bron. Leg uit wat kenmerkend is voor de Grieks-romeinse beeldhouwkunst. Noem 1 kenmerk!

Klaar? Maak 12b & c op blz. 92 & 93

Slide 10 - Question ouverte

10. Ik kan vijf sociale lagen uit de Romeinse samenleving beschrijven.

  1. Rijke bovenlaag: families met macht 
  2.  Handelaren & ambachtslieden (steden) 
  3. Boeren op platteland 
  4. Armen zonder werk: sjouwen
  5. Slaven 

Slide 11 - Diapositive

Leerdoelen 2.4 - les 1 - Joden en Christenen
12. Ik kan uitleggen uit welke drie kenmerken het jodendom bestaat. 

13. Ik kan uitleggen wanneer het christendom ontstond en wie Jezus van Nazareth en zijn volgelingen waren. 

Klaar met schrijven? Lees dit artikel

Slide 12 - Diapositive

Judea
Judea is het tegenwoordige Israël en Westelijke Jordaanoever en Palestina

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Aan de slag!                                   Klaar?
Stap 1: Lees blz. 98
Stap 2: Antwoord geven op doel 11 & 12 

12. Ik kan uitleggen uit welke drie kenmerken het jodendom bestaat.  
- Schrijf drie kenmerken van het Jodendom op. 

13. Ik kan uitleggen wanneer het Christendom ontstond en wie Jezus van Nazareth en zijn volgelingen waren. 
- Leg uit wanneer het Christendom ontstond
- Leg uit wie Jezus was en wie zijn volgelingen waren.
Stap 3: (huiswerk) opdracht 2a t/m 4 op blz. 99

Slide 15 - Diapositive

11. Je kunt uitleggen uit welke drie kenmerken het jodendom bestaat. 
  1. Jodendom: was monotheïstisch, dat betekend geloven in 1 god.
  2. Leven volgens eigen leefregels.
  3. Lezen hoe zij moeten leven volgens heilige boeken. 

Slide 16 - Diapositive

12. Je kunt uitleggen wanneer het Christendom ontstond en wie Jezus van Nazareth en zijn volgelingen waren. 
  • Rond jaar 1 werd joodse Jezus van Nazareth geboren. 
  • Aanhangers geloofden dat dit de zoon van god was. (vooral armen)
  • Rond 30 n.Chr. nieuw geloof: Christendom
  • 33 na C. werd Jezus gekruisigd.
  • Christenen, Christus = betekent koning 

Slide 17 - Diapositive

Vul de goede begrippen in:

Jezus was een joods (...). De Romeinen zeiden dat Jezus een opstandeling was en (...) hem in Jeruzalem. De aanhangers van Jezus noemden hem later (...) en stichtte het (...)
A
Paus, predikte, bisschop, Jodendom
B
Bisschop, romaniseerde, paus, christendom
C
Prediker, kruisigde, Christus, christendom
D
militair, kruisigde, prediker, katholieke geloof.

Slide 18 - Quiz