Spelling deel 2 2vwo

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Spelling H4 en H5

- voltooid deelwoord en tegenwoordig deelwoord als bijv. naamwoord

- leestekens (trema, apostrof, accentteken

- Engelse werkwoorden vervoegen

- koppelteken

- weglatingsstreepje

Theorie deel 1 (H1, 2 en 3)

- alle soorten werkwoordspelling: 

pv in tt; pv in vt; wdw; gebiedende wijs ; infinitief

- hoofdlettergebruik

- leestekens   .  ,  ;  :  " " ? !   

- tussenletter in samenstelling

Theorie deel 2 (H4 en 5)

- dicteewoorden H4 en H5

- voltooid deelwoord en tegenwoordig deelwoord als bijv. naamwoord

- leestekens  (trema, apostrof, accentteken

- Engelse werkwoorden vervoegen

- koppelteken

- weglatingsstreepje

VDW als bijvoeglijk naamwoord

twee regels

Zo kort mogelijk opschrijven: 

• De weg werd verbreed --> de verbrede weg  
• De muren worden gewit --> de gewitte muren

Het vdw eindigt op -en, dus het bijv. nw schrijven we ook met - en

• Ik heb mijn boek uitgelezen--> het uitgelezen boek 
• De deuren zijn gesloten --> de gesloten deuren

Het tegenwoordig deelwoord als bn

- tegenwoordig deelwoord: de handeling is nog niet voorbij

  vb. Lachend zitten we in de klas / Blozend stelde ik mezelf voor.

als bijvoeglijk naamwoord:

vb. De lachende meisjes/ De huilende baby/ De blaffende honden

Leestekens deel 2

Trema

• als je in een woord  twee klinkers niet als één klank mag lezen                            ------>     beïnvloeden (beinvloeden); kanoën  (kanoen) 
• woorden op -ee krijgen in het meervoud vaak  -ën                                                 ------>       zee - zeeën;  idee- ideeën
• woorden op -ie krijgen in het meervoud vaak -ën                                                  ------->       bacterie - bacteriën; kopie- kopieën  

              
  

Leestekens deel 2

apostrof

• Wanneer je een of meer lettergrepen weglaat: 

       't regent; 's middags ;  's woensdags ; Hij pakt 'm 

• bezitsaanduidingen met een sisklank of open/ heldere klinker:

       Tess' fiets; Max' rugzak;  Isa's gymschoenen; Toby's auto; Inez' boeken

• bij cijfers, afkortingen en afleidingen                                      

       vwo'er ; tv's; A4'tje;  cd'tje
              
  

Leestekens deel 2

accentteken

Dit teken zorgt ervoor dat je een woord op de juiste manier leest en uitspreekt (of om nadruk te leggen op een bepaalde lettergreep). 

saté ;  crème ;  Hé   of Hè ; enquête;  

              
  

weglatingsstreepje

Dinsdagochtend en -middag moet ik altijd werken

keel-, neus- en oorarts (kno-arts)

op- en afrit

voor- en nawerk

Let op:

zwarte en bruine veters

grote en kleine auto's 

Koppelteken

• In samenstellingen die verkeerd gelezen kunnen worden (klinkerbotsing) :      milieu-invloed; horloge-industrie; massa-artikel; ski-instructeur

maar:    horecaonderneming; skiafdaling
                              

• Bij aardrijkskundige namen:    Zuid- Limburg  ;  Noord- Amerika

Koppelteken

• Bij samenstellingen met cijfers, letters (afkortingen) en andere tekens:

     90-jarige;  A4-papier;  €-teken ; tl-buis;  wc-papier; dvd-speler

• dubbele achternamen:    Claudia Leijssen-Stienen

• functie, rang of titel: minister- president; assistent- teamleider
• in combinatie met het woordje 'niet' / 'ex' /'oud'/ 'non' en een znw: 

         niet- roker; ex-voetballer; oud-directeur; non-alcohol

• gelijkwaardige delen in een samenstelling :        woon-werkverkeer   ; moeder-kindrelatie; zwart-witfoto 

Het vervoegen van Engelse werkwoorden

Liken :

pv in tt Ik like/ wij liken/

pv in vt Ik likete/ wij liketen/

vdw Ik heb geliket

Je past precies dezelfde regels toe als bij Nederlandse werkwoorden.

deleten: 

pv in tt    Ik delete/ wij deleten

pv in vt       Ik deletete/                                          wij deleteten

vdw            Ik heb gedeletet

Het vervoegen van Engelse werkwoorden

Let wel op bij de dubbele medeklinker (uitspraak).

vb. Ik heb gebasketbald 

Ik heb gepaintballd. 

Wat is juist?

1. De vergrootte foto's
2. De vergrote foto's
3. De vergroten foto's

Wat is juist?

1. De beantwoorde vragen
2. De beantwoordde vragen
3. De beantwoorden vragen
4. De beantwoordden vragen

Wat is juist?

1. Hij savede de bestanden
2. Hij savete de bestanden
3. Hij savedde de bestanden

Wat is juist?

1. mp3-tje
2. s' avonds
3. $-teken
4. milieu's

Welk woord is onjuist geschreven?

1. wc'tje
2. 70-jarige
3. A4-tje
4. milieuactiegroep

Welk woord is onjuist geschreven?

1. vwo'er
2. vwo-leerling
3. havoër
4. havo-leerling

Wat is juist geschreven?

1. bacterieën
2. bacteriën

Wat is fout geschreven?

1. buiig
2. barbecueën
3. kopiën
4. commercieel

Wat is fout geschreven?

1. dvd-tje
2. Max' fiets
3. calorieën
4. financieel

Wat is fout geschreven?

1. Maandagmiddag en - avond
2. binnen- en buitenland
3. zon- en feestdagen
4. bruine- en witte schoenen

Hij heeft ...(volleyballen)

1. gevolleyballd
2. gevolleyballt
3. gevolleybald
4. gevolleybalt

Hij ......(racen, vt)

1. racte
2. racete
3. racde
4. racede

Aan de slag

Woordenschat H3.5   maken opdracht 11, 12, 13

Spelling H5.9   maken opdracht 1, 3, 4, 5, 6