3M BTE H1 Algemene Begrippen

Tekenen



Boek Basis Beeldende begrippen
H1 Algemene Begrippen
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
Beeldende vormingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Tekenen



Boek Basis Beeldende begrippen
H1 Algemene Begrippen

Slide 1 - Diapositive

timer
1:00
Waarom theorie bij
het vak tekenen?

Slide 2 - Carte mentale

Waarom Theorie?
-Voorbereiding op het theorie examen.
-Beeldbeschouwing helpt om kunst beter te begrijpen.
-Kennis van de theorie toepassen in de praktijk zorgt voor betere kunstwerken!

Slide 3 - Diapositive

Betekenis van kunst
Waar gaat een kunstwerk over? Dit kan je vaak afleiden uit wat er op het kunstwerk te zien is of aan de titel.

Thema: overkoepelend begrip (vaak 1 woord), bv natuur
Onderwerp: specifieker, bv  invloed van de mens op de natuur
Genre: welk soort kunst, bv landschap / portret
Inhoud: Wat wil de kunstenaar uitdrukken/vertellen?
 

Slide 4 - Diapositive

Welke soort kunst?
Beeldende kunst: kunst dmv beeld/afbeelding zoals tekeningen, schilderijen, sculpturen.

Autonome kunst = de kunstenaar bepaald zelf wat hij maakt en hoe zijn werk er uit komt te zien.
Toegepaste kunst (design) = kunst met een toepassing, dus het heeft een gebruiksfunctie, zoals bv sieraden, meubels.

Slide 5 - Diapositive

Is hier sprake van autonome
of toegepaste kunst?
timer
0:20
Autonome kunst
Toegepaste kunst

Slide 6 - Sondage

Beeldende Middelen
Dit zijn de middelen die een kunstenaar gebruikt 
om een kunstwerk te maken:

-Aspecten van de voorstelling (voorstellingsaspecten)=
Wat stelt het kunstwerk voor? Waar gaat het over?

-Aspecten van de vormgeving (vormgevingsaspecten)=
Hoe is het vormgegeven, hoe heeft de kunstenaar dit gedaan? ----->

Slide 7 - Diapositive

Vormgevingsaspecten:
-Beeldaspecten: Lijn, kleur, licht, structuur, vorm, ruimte, compositie/ordening.
-Materiaal: waar is het kunstwerk van gemaakt? Bv: olieverf op doek
-Techniek: hoe is het materiaal is verwerkt? Bv: dekkend geschilderd
-Hanteringswijze: hoe is het gereedschap gehanteerd? Bv: grove penseelstreken te zien, streperig effect


Slide 8 - Diapositive

Invloed
De voorstelling en vormgeving van een kunstwerk hebben invloed op de werking, het effect van een kunstwerk.

Effect/werking: welk effect hebben de aspecten, wat was de bedoeling van de kunstenaar?
Expressie: uitdrukking van een gevoel
Zeggingskracht: welke indruk/gevoel heeft het kunstwerk op jou? 

Slide 9 - Diapositive

Welke invloed hebben
voorstellingsaspecten en
vormgevingsaspecten op een kunstwerk?
timer
0:30

Slide 10 - Question ouverte

Beeldanalyse / beeldbeschouwing
Kijken naar kunst kun je leren. Kijk goed naar de voorstelling en de manier waarop de kunstenaar die vormgegeven heeft. Dit kan je doen dmv een beeldanalyse, waarbij je dmv een vragenlijst extra goed naar een kunstwerk gaat kijken.

Door veel te kijken en te vergelijken kun je kunst beter begrijpen en ook beter je eigen mening vormen en onderbouwen.

Slide 11 - Diapositive