Herhaalles 7.1 en 7.2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

WELKOM

NEEM BLZ. 188 VOOR JE!

Leerdoelen

Vandaag herhalen  we:

1. Wat internationale handel is
   
2. Waarom we importeren en exporteren
3. Wat het verschil is tussen een open en een gesloten economie
   
4. Hoe we bij de internationale handel vreemd geld gebruiken
5. Wat de Europese Unie is
   
6. Hoe we onze handel beschermen
   
7. Waarom vrijhandel belangrijk is
   
8. Welke voordelen de euro heeft

Planning 

Leerdoelen

Uitleg

Zelfstandig werken 

Nakijken

Afsluiten

Toets H7  

Vrijdag 4 juni 

Internationale handel

Lees mee op blz. 188

internationale handel

1. handel tussen landen binnen Europa
2. handel tussen landen over de hele wereld
3. handel tussen Europese en Aziatische landen
4. handel tussen Nederland en Indië

Waarom importeren we?

1. Om geld te verdienen
2. omdat we bepaalde producten niet in NL hebben

Wat is een reden om te exporteren?

1. Omdat iets goedkoper is
2. We het klimaat niet hebben
3. om geld te verdienen

Open economie

1. Als een land relatief veel handel drijft
2. Als een land relatief weinig handel drijft

Wat is vreemd geld?

1. Geld dat niet van jou is.
2. Buitenlands geld.

De Europese Unie

Lees mee op blz. 192

Herhaling

Europese Unie is......

1. 27 landen die veel met elkaar samenwerken
2. europa
3. landen die veel ruzie maken over allerlei wetten
4. Nederland, Belgie en Duitsland

Wat is de economische betekenis van het begrip protectie

1. Het beschermen van productie en banen in eigen land
2. Het beschermen van de buitenlandse markt
3. Het beschermen van de wereldmarkt

Vrijhandel betekent dat je

1. Geen belasting hoeft te betalen bij invoer
2. Dat je extra belasting moet betalen bij invoer

Wat zijn de voordelen van de euro?

1. Prijzen moeilijker vergelijken
2. Geen wisselkosten meer betalen

Zelfstandig werken

Wat? Maak de oefentoets van hoofdstuk 7 opdracht 1 t/m 11

Hoe? In het online werkboek.

Hulp? Vraag? Stel deze via Teams.

Resultaat? We kijken gezamenlijk na

Klaar? Maak de rekenopgaven 1 t/m 10