3.4 Zonder werk?

3.4 Zonder werk?
Hoofdstuk 3 Aan het werk?
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.4 Zonder werk?
Hoofdstuk 3 Aan het werk?

Slide 1 - Diapositive

Wat weten we nog/al?

Slide 2 - Diapositive

Wat wordt er afgesproken in een cao?
A
Productieprocessen
B
Financiële doelstellingen
C
Arbeidsvoorwaarden
D
Marketingstrategieën

Slide 3 - Quiz

Wat is een bedrijfstak?
A
Een samenwerkingsverband tussen bedrijven
B
Een groep gelijksoortige bedrijven
C
Een specifieke afdeling binnen een bedrijf
D
Een individueel bedrijf

Slide 4 - Quiz

Wat wordt bedoeld met brutoloon?
A
Het loon dat je op de bank ontvangt
B
Het loon dat je netto overhoudt
C
Het loon na inhoudingen van loonbelasting en sociale premies
D
Het loon dat je met je werkgever hebt afgesproken

Slide 5 - Quiz

Je brutoloon is €1.500. De loonbelasting is €210 en de sociale premies €95. Wat is je nettoloon?

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het minimumloon?
A
Het minimumloon is het salaris dat een werknemer van 18 jaar en ouder minstens moet verdienen in een voltijdbaan.
B
Het minimumloon is alleen van toepassing op werknemers jonger dan 21 jaar.
C
Het minimumloon is het brutoloon dat een werknemer van 21 jaar en ouder minstens moet verdienen in een voltijdbaan.
D
Het minimumloon is het nettosalaris dat een werknemer van 21 jaar en ouder minstens moet verdienen in een voltijdbaan.

Slide 7 - Quiz

Wat betekent 'arbo' in de Arbowet?
A
Arbeidsverhoudingen
B
Arbeidsovereenkomst
C
Arbeidsomstandigheden
D
Arbeidsmarkt

Slide 8 - Quiz

Begrippen paragraaf 3.3
  • Cao
  • Brutoloon
  • Nettoloon
  • Minimumloon
  • Arbeidstijdenwet
  • Arbowet

Slide 9 - Diapositive

Leerdoelen 3.4
  • Je kunt uitleggen wanneer iemand werkloos is.
  • Je weet wat ontslag is en wat de gevolgen ervan kunnen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat het UWV voor je kan betekenen na ontslag,
  • Je kunt gegevens aflezen uit een lijndiagram.
  • Je weet wat de gevolgen van technologische ontwikkelingen kunnen zijn.

Slide 10 - Diapositive

Werkloos
Als je graag wilt werken, maar er is geen werk voor je, dan ben je werkloos
Je wordt meegeteld als werkloze als je:
  • Tussen de 15 jaar en de pensioenleeftijd bent
  • Geen baan hebt
  • Actief op zoek bent naar werk

Slide 11 - Diapositive

Wat is een vereiste om als werkloze te worden meegeteld?
A
Alleen een baan zoeken
B
Geen baan hebben
C
Boven de pensioenleeftijd zijn
D
Een baan hebben

Slide 12 - Quiz

Een eind aan je baan
  • Je arbeidsovereenkomst kan beëindigd worden. Dat noem je ontslag.
  • Je kunt ontslagen worden, omdat er geen werk meer voor je is.
  • Maar je kunt ook zelf ontslag nemen.
  • Je kunt niet zomaar ontslag nemen, hierbij moet je je houden aan de opzegtermijn
  • Als je ontslagen bent krijg je meestal een uitkering volgens de werkloosheidswet (WW-uitkering).
  • Hoelang je deze krijgt, hangt af van de tijd dat je gewerkt hebt.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Wat is ontslag?
A
Het nemen van vakantie.
B
Het ontvangen van een bonus.
C
Het vinden van ander werk.
D
Het beëindigen van je arbeidsovereenkomst.

Slide 15 - Quiz

UWV
  • Om een werkloosheidsuitkering te krijgen, moet je je als werkzoekende inschrijven bij het UWV.
  • Deze overheidsinstelling kijkt of je recht hebt op een WW-uitkering. 
  • Het UWV helpt je ook met het vinden van een nieuwe baan.

Slide 16 - Diapositive

Wie kijkt of je recht hebt op een WW-uitkering?
A
Het UWV
B
De Belastingdienst
C
Je werkgever
D
Een vakbond

Slide 17 - Quiz

Lijndiagram
  • Naast een cirkel- en staafdiagram gebruik je bij economie ook lijndiagrammen.
  • Met een lijndiagram laat je zien hoe iets in de loop van de tijd stijgt of daalt.
  • Zo zie je in één oogopslag hoe het verloop is van de veranderingen.

Slide 18 - Diapositive

Samen opdracht 53 maken

Slide 19 - Diapositive

Technologische ontwikkelingen
Veel producten hebben we te danken aan nieuwe kennis van de techniek en nieuwe uitvindingen.
Je noemt dit technologische ontwikkelingen.
Werk verandert door technologische ontwikkelingen.
Robots verzamelen goederen en computers doen ook veel.
Door technologische ontwikkelingen kan er werkloosheid ontstaan, maar er kunnen juist ook banen door ontstaan.

Slide 20 - Diapositive

Begrippen paragraaf 3.4
  • Werkloos
  • Ontslag
  • Opzegtermijn
  • UWV
  • Technologische ontwikkelingen

Slide 21 - Diapositive

Je kunt nu
  • Je kunt uitleggen wanneer iemand werkloos is.
  • Je weet wat ontslag is en wat de gevolgen ervan kunnen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat het UWV voor je kan betekenen na ontslag,
  • Je kunt gegevens aflezen uit een lijndiagram.
  • Je weet wat de gevolgen van technologische ontwikkelingen kunnen zijn.

Slide 22 - Diapositive

Aan het werk!
Maken opdrachten 3.4: 43, 46, 47, 48, 51, 52, 53, 54en 55
Maken Rekenopdrachten: 10 en 11
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken herhalingsopdrachten 3.4
Veel goed? -> Maken plusopdrachten 3.4

 

timer
25:00

Slide 23 - Diapositive