Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Bestuur Nederlands-Indie
Slide 1 - Diapositive
vandaag beginnen we hier!
Slide 2 - Diapositive
Nederlands gezag
Na 1870 breidde Nederland met geweld het koloniaal gezag uit.
Nederlanders ontwikkelde zelf plantages (afschaf cultuurstelsel!)
Slide 3 - Diapositive
Volksraad in Nederlands-Indië (1916)
officieel 1918 in werking
deels gekozen, deels gekozen door koloniaal bestuur (Nederland)
Alleen advies(raad)!
samenstelling
de Volksraad uit een lid tevens voorzitter, en 60 leden die deels waren benoemd en deels gekozen. Een vast aantal leden met een indeling in drie groepen volgens het nationaliteits- en landaardcriterium. In 1929 werd de Indische Staatsregeling gewijzigd waarbij het aantal leden werd gesplitst in twee gelijke delen: 30 inheemsen, bestaande uit één groep, en 30 niet-inheemsen, bestaande uit twee groepen. Voor de voorzitter werd geen landaard aangewezen.
Het was niet altijd mogelijk voor alle afgevaardigden om te komen. Bij noodgevallen werden dan alleen mensen van Java en Madoera opgeroepen om te komen.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Welk symbool herken je in het logo van de PKI?
Slide 6 - Question ouverte
PKI (1914)
Partai Komunis Indonesia
Nederlands: Communistische Partij
Indonesië
1927 - 1945 verboden!
staatsideologie soekarno
1. nationalisme
2. communisme
3. religie
Slide 7 - Diapositive
Soekarno
'Bung Karno'
Mohammad
Hatta
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
PNI (1927)
Partai Nasional Indonesia
Nederlands: Indonesische Nationale Partij
onafhankelijkheid van indonesie!
Soekarno een van de oprichters
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Wat was de situatie voor de Nederlanders in Nederlands-Indie TIJDENS WO2?
Slide 12 - Question ouverte
Japanners op ''Nederlands-Indie''
(1941 - 1945)
officieel 1942 overgave
Wordt gezien door de Indonesische bevolking als ''bevrijding'' | broedervolk
Niks is minder waar
betekenis ambivalente
ambivalente = Je wil iets, en je wil het tegelijkertijd ook niet. Of je wilt iets, en tegelijkertijd ook iets anders, en je kunt niet kiezen.