Terugblik H6: Verhoudingen

Sam gebruikt siroop en water in de verhouding 1 : 5. Wat betekent deze verhouding?
Geef je antwoord in de vorm van een conclusie
1 / 38
suivant
Slide 1: Question ouverte
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Sam gebruikt siroop en water in de verhouding 1 : 5. Wat betekent deze verhouding?
Geef je antwoord in de vorm van een conclusie

Slide 1 - Question ouverte

De scooter van Sanne verbruikt 10 liter brandstof per 230 kilometer. Wat is de verhouding?

Slide 2 - Question ouverte

Als je 20% van iets wilt uitrekenen dan kun je delen door....
A
10
B
4
C
2
D
5

Slide 3 - Quiz

Welke tabel is GEEN verhoudingstabel?
A
B
C
D

Slide 4 - Quiz

hoeveel procent van de hokjes is geel gekleurd?
A
5
B
20
C
2
D
10

Slide 5 - Quiz

Hoeveel is 25% van 180 euro
A
45 euro
B
18 euro
C
90 euro
D
36 euro

Slide 6 - Quiz

Hoeveel procent is 'Het Totaal'?

Slide 7 - Question ouverte

hoeveel procent van de hokjes is rood gekleurd?
A
25
B
50
C
100
D
4

Slide 8 - Quiz

Als je 25% van iets wilt uitrekenen dan kun je ....
A
Delen door 10
B
Delen door 100
C
Delen door 4
D
Keer 10 doen

Slide 9 - Quiz

Het hoeveelste deel van het totaal is 15%?
A
1015
B
10015
C
1540
D
60

Slide 10 - Quiz

Een koor bestaat uit 25 leden, 5 hiervan doen mee aan een zangcompetitie. Hoeveel procent van de leden doen mee aan een zang competitie?
Geef je antwoord in de vorm van een conclusie

Slide 11 - Question ouverte

Wat betekent het woord procent?

Slide 12 - Question ouverte

Als je 10% van iets wilt uitrekenen dan kun je ....
A
Delen door 10
B
Delen door 100
C
Delen door 4
D
Keer 10 doen

Slide 13 - Quiz

Een bakker bakt elke ochtend 80 broden. 10% van deze broden zijn meergranen broden. Hoeveel meergranen broden bakt de bakker elke ochtend?
Geef je antwoord in de vorm van een conclusie

Slide 14 - Question ouverte

Verdeel 32 euro in de verhouding 2:1:5
(tip: het zijn samen 8 delen)

Slide 15 - Question ouverte

Schrijf de verhouding op van
12 en 24

Slide 16 - Question ouverte

Schrijf de verhouding op van
27 en 18

Slide 17 - Question ouverte

Is dit een verhoudingstabel?
2
4
8
4
6
10
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Schrijf de verhouding op van
en
721
221

Slide 19 - Question ouverte

Schrijf de verhouding op van
75 en 15

Slide 20 - Question ouverte

Is dit een verhoudingstabel?
6
30
54
10
50
90
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quiz

Schrijf de verhouding op van
32 en 40

Slide 22 - Question ouverte

Schrijf de verhouding op van
30 en 54

Slide 23 - Question ouverte

Is dit een verhoudingstabel?
14
28
42
18
36
56
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quiz

Is dit een verhoudingstabel?
221
17
51
247
19
57
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quiz

Aantal huizen
3
27
6
Aantal fietsen
12
120
Sleep de goede antwoorden in de verhoudingstabel
15
30
24
108
9

Slide 26 - Question de remorquage

Waar kun je in een verhoudingstabel altijd (makkelijk) naartoe rekenen?
A
naar 10
B
naar 1
C
naar 5
D
Maakt niet uit

Slide 27 - Quiz

Vul de verhoudingstabel in. Sleep het juiste antwoord naar de twee juiste plekken in de tabel
€ 0,20
x 7
€ 30
€ 1,40
x 25
: 25

Slide 28 - Question de remorquage

Bij handige percentages als 10%, 20%, 25% en 50% kun je zonder verhoudingstabel rekenen.

Om 50% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 25% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 20% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 10% te berekenen deel je het totale aantal door ...
10
4
2
5

Slide 29 - Question de remorquage

Kader 3 heeft 76 leerlingen, deze les zijn er 52 leerlingen online. Hoeveel procent van de leerlingen is online? 

Aantal
Procenten
1
//////
52
100
76
68,4
: 76
x 52
: 76
x 52

Slide 30 - Question de remorquage

Een voetbal vereniging had in 2019 175 leden. Een jaar erop is het gedaald naar 150 leden. Met hoeveel procent is het gedaald.

Aantal
Procenten
1
//////
25
100
175
14,3
: 175
x 25
: 175
x 25

Slide 31 - Question de remorquage

In een aquarium zitten 60 vissen, er zijn 30% rode vissen. Hoeveel van de vissen is rood? Sleep de juiste getallen in de verhoudingstabel.

procent

aantal
1
0,6
18
60
100
30
Procent
Aantal vissen

Slide 32 - Question de remorquage

Slide 33 - Diapositive

Voorbeeld (percentage)
Een school heeft 600 leerlingen. 
18% van de leerlingen komt uit Dalfsen. 
Hoeveel leeringen zijn dat?

Slide 34 - Diapositive

In 1HVa zitten 22 leerlingen. In de klas zitten 9 meiden. Hoeveel procent is jongen in 1HVa?
Bereken met een verhoudingstabel en rond af op geheel getal.

Slide 35 - Question ouverte

Voorbeeld (aantallen)
In een klas zitten 20 leerlingen. 
6 daarvan zijn ziek. 
Hoeveel procent is ziek?

Slide 36 - Diapositive

Huiswerk 
Bestudeer de theorieblokjes die bij 6.4: procenten en aantallen hoort  

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive